(DIE) MILDE

 

Previous PageHome PageNext Page


(DIE) MILDE

I. PIETER

Zonen:

1. Hendrik, volgt IIa.

2. Huge Pietersz., volgt IIb.

IIa. HENDRIK (HEINE, HANNE) (DIE) MILDE PIETERSZ

(zie hfdst. 5).

ovl. na jan. 1362 (zie hfdst. 5).

functie:

schepen 1324-25, 31-32, 37-38, 39-40.

woonhuis:

aan de Breestraat, verm. 1 mrt. 1350 (W. 428 f. 18v.).

varia:

zegel: de Leidse sleutels, in het schildhoofd een lelie (Ke. 508, 1 apr. 1338); was 1371 onder de magen van Huge Gibenneve samen met Pieter Milde (zijn broer?) (zie Huge Gibenneve).

familie:

tr. Machteld, ovl. 28 juli 1369, liet 10 s.g.g. rente na aan St. Pancraskapittel (Ke. 415 f. 21). Hun kinderen waren vermoedelijk:

1. Jan Heine Mildenz.

woonhuis:

aan het Steenschuur, verm. 15 mrt. 1355 (Agnietenbegijnhof 57).

2. Matthijs Jan of Han Mildenz.

woonhuis:

aan de Weversteeg, hierop rustte 3 mei 1341 4 s.g.g. rente (W. 428 f. 5). Hij droeg hierop 8 feb. 1343 2 s. rente over aan de H. Geest (W. 428 f. 9v.). Hij vestigde 7 juni 1337 t.b.v. Stasijn Hendriksz. 6 s.g.g. rente op zijn (dit?) huis en erf (Ke. 493 f. 40v.).

huisbezit:

verm. als belender aan de Hooigracht 23 dec. 1349, samen met Jan Grietenz. (W. 429 f. 19 en tafel).

familie:

tr. Geertruud. Zij schonk haar woonhuis en erf aan de Steenschuur 15 okt. 1372 aan de H. Geest en liet al haar goederen daaraan na, t.b.v. memoriediensten (W. 428 f. 30).

3. Dirk Hanne Mildenz.

landbezit:

* 8 morgen land te Nieuwkoop; verkocht 18 feb. 1374 op 4 morgen hiervan heer Claas Jacobsz. van Bleiswijc 40 s. g.g. rente (Ke. 493 f. 29v.).

* land te Nieuwkoop, verm. 1378, in erfhuur gehouden van de grafelijkheid (GvH. 1458 f. 6; vgl. voor relatie Milde - Nieuwkoop ook Hamaker, Rek. Holl., I 171).

4. Gerrit Hanne Mildenz.

verkocht 27 feb. 1375 heer Huge van der Hant 2/3 van het weer land te Nieuwkoop waar hij woonde en huurde het nu van deze (Ke. 415 f. 78).

IIb. HUGE PIETERSZ

(vgl. DuO. 1978 f. 44 en v.).

ovl. voor 9 jan. 1365 (W. 428 f. 77v.).

functies:

schepen 1340-41, 41-42, 42-43, 46-47, 47-48, 48-49, 49-50, 52-53, 56-57, 59-60, 60-61, 61-62; H. Geestmr. 1339-40.

landbezit:

(wrsch. hij) 8 feb. 1353 1 morgen, 1½ morgen, 2 morgen en 6½ hond land te Zoeterwoude en 5½ morgen, 1½ morgen en 2 morgen land te Voorschoten, samen met Jan van Berkenrise gekocht van de graaf (GvH. 244 f. 33).

rentebezit:

8 nov. 1360 4 s.g.g. op een huis en erf aan St. Pancraskerkhof, door zijn kinderen overgedragen aan St. Pieterskerk voor memoriediensten (DuO. 1978 f. 44 en v.).

varia:

zegel: de Leidse sleutels met een zespuntige ster in het schildhoofd (Ke. 645, 25 feb. 1361); een der pachters van de vroonvisserij 1356 (GvH. 1445 II f. 3). De burggraaf was hem een zeker bedrag schuldig; hiervan verklaarde zijn weduwe 5 mei 1366 dat dit was ingelost (Huisarch. Twickel, Reg. AA f. 22v.).

familie:

tr. Hadewi Floris Ansoetendr. (zie ald.); zij bezat sedert 9 jan. 1365 een rente van 20 s.pay. op een huis en erf in de Diefsteeg; 14 okt. 1395 door haar zoon aan de H. Geest overgedragen voor memoriediensten (W. 428 f. 77v.). Kinderen (DuO. 1978 f. 44v., W. 428 f. 77v., vgl. Ansoete c.s., Van den Hove en zie hierna):

1. Andries Hugenz. van der Burch, volgt IIIa.

2. Aagte

tr. Frank Michielsz. van den Hove (Ke. 418 f. 137v., zie ald.).

IIIa. ANDRIES HUGENZ. VAN DER BURCH

ovl. na 4 dec. 1430 (Hoek, 'Wassenaar', 627).

functies:

schepen 1386-87, 87-88; H. Geestmr. 1387; gasthuismr. 25 juli 1394-95.

woonhuis:

in het Wolhuisvierendeel, verm. ca. 1390 (Blok, Hollandsche stad, I 324); aan de Breestraat (achter: de Vollersgracht) verm. 21 feb. 1428 (W. 429 f. 164).

huisbezit:

een huis en erf aan de Vollersgracht, verm. 22 mrt. 1400 en 31 mei 1410 (W. 428 f. 90v. en 108v.).

landbezit:

* land onder Boschuysen in Katriin Ghisenweer onder Zoeterwoude, verm. 20 juni 1407 (Ga. 455 f. 69v.).

* land te Zoeterwoude tussen Vliet en Stompwijkerweg, verm. 28 mrt. 1400 (GvH. 28 f. 380).

rentebezit:

* 4 s.g.g. op een huis en erf aan St. Pancraskerkhof, 25 aug. 1369 aan St. Pieterskerk geschonken door hem en zijn zr. Aagte onder beding van dagelijkse grafgang naar Heine Mildes graf, waar ook Huge Pietersz. begraven lag (DuO. 1978 f. 44 en v.).

* 20 s.pay. op een huis en erf aan de Diefsteeg, afkomstig van zijn moeder, door hem 14 okt. 1395 overgedragen aan de H. Geest voor haar memorie (W. 428 f. 76v.).

* 4 s.g.g. met houde op het huis en erf van Jan Poesz., dat 25 feb. 1403 werd verkocht (RA. 50 f. 40v.).

* 10 s.pay. met houde op een huis en erf te Leiden, verm. 21 sep. 1404 (RA. 50 f. 47).

* 2 s. 3 p.g.g. met houde op een huis en erf ald. en 1½ p.g.g. op het bijbehorende erf, verm. 25 nov. 1409 (RA. 50 f. 87).

* 18 p.g.g. met houde op een huis en erf en 5 £ 4 s. pay. landhuur ald., verm. 25 okt. 1411 (RA. 50 f. 117).

* 2 groten op Machteld Jan Pietersz.'s erf; 1412-13 bevond zich daar (een deel van) het stadhuis (Rek. Lei., I 260).

* 30 s.g.g. met houde op Andries Ansoeten' hofsteden aan St. Joostgracht, geërfd van zijn ouders en 18 okt. 1416 geschonken aan zijn vicarie (Ke. 322 f. 26v.).

* 30 s.g.g. op Andries Ansoeten' hofsteden bij de Nieuwe Rijn, afkomstig van zijn ouders en die van Claas Horst en door dezen reeds vermaakt aan de door Andries gestichte vicarie (Ke. 322 f. 26v.).

* 4 £ 10 s.g.g. met houde op Andries Ansoeten' hofsteden aan St. Joostgracht, gekocht van zijn neef Claas Horst; aan zijn vicarie geschonken 18 okt. 1416 (Ke. 322 f. 26).

Op de renten afkomstig van Andries Ansoetenz. zal de verm. in 1399 betrekking hebben van renten met houde op huizen en erven, gemeen bezeten door Jan heren Simonsz. (op dat moment zijn zoon Claas Horst), mr. Huge Frankenz. en Andries Hugenz. van der Burch (Secr. 84 f. 66).

* 3 £ pay. op een huis en erf aan de Vollersgracht, 18 okt. 1416 aan zijn vicarie geschonken (Ke. 322 f. 26).

* 3 nobel op een huis en erf, afgeschat 21 dec. 1416 (RA. 50 f. 159v.).

* 8 s.g.g. met houde op een huis en erf te Marendorp, verm. 28 mrt. 1417 (RA. 50 f. 200).

* 2 s.g.g. met houde op een huis en erf in de Groenesteeg, verm. 1418 (RA. 50 f. 190).

borgstelling:

* 5 juni 1410 Claas Coman (Secr. 20 f. 37v.).

* 3 juni 1414 Gerrit die Zwart (Secr. 20 f. 48v.).

stichting:

18 okt. 1416 St. Andrieskapelanie, samen met Jan Zoet Jan heren Simonz.z. gesticht ter nagedachtenis aan hun oom Jan Zoet Florisz. Schenkingen hieraan: zie rentebezit; voor het zoengeld vanwege Jan Zoets dood schonk Andries niet alleen hoger genoemde renten maar kocht hij ook t.b.v. de kapelanie 7 hond land, de Kerfmade te Zoeterwoude en 3 morgen land ald. De collatie was voor Andries, vervolgens voor Jan Zoet Jansz. en daarna voor diens broer Claas Horst (Ke. 322 f. 26).

varia:

zegel: 3 meerbladeren (2:1), in het schildhoofd 2 kolommen, in het hartschild 1 klok (Ke. 789, 4 juli 1387; zie ook Van der Burch). Bemiddelde 28 dec. 1399 bij de boedelscheiding tussen de zoons van wijlen Jan heren Simonsz. (Secr. 84 f. 66).

familie:

tr. Machteld (Kam, 'Memorieboek' 197; Ke. 418 f. 121), wrsch. dr. van Jan Hendriksz. (zie Hendrik veren Bartradenz. c.s. en vgl. Andries' landbezit in Katrijn Ghisenweer); ovl. na 21 feb. 1428 (W. 429 f. 164).

kinderen:

1. Jan Andriesz. van der Burch

ovl. 29 okt. 1408 (Ke. 416 f. 44v.).

functie:

clericus, kanunnik van St. Pancraskapittel, wrsch. op de door heer Huge Hendriksz. gestichte prebende, hij werd tenminste in diens graf begraven (Ke. 418 f. 115v.).

?2. Pieter Andriesz.

ovl. 14 jan. 1415, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 52v.).

beroep:

drapenier (vgl. raambezit; is hij identiek met de 1397 verm. drapenier? GvH. 1473 f. 7v.).

landbezit:

* ½ raamstede, gehuurd van St. Pieterskerk, verm. sinds 1398-99; 1407-08 in andere handen (Ke. 323 (1) f. 5v. en volgende rek.; (7) f. 7).

* 1417-18 2 raamsteden, gehuurd van St. Pieterskerk (Ke. 323 (11) f. 11v. en 12).

varia:

een der pachters van de wijnaccijns 26 mrt.-8 apr. 1412, van de visaccijns 9 apr.-20 mei 1412 (Rek. Lei., I 218).

familie:

tr. 1e Bave, ovl. 1417 (Ke. 416 f. 52v. en 418 p. 21), tr. 2e Katrine (Ke. 416 f. 52v.).

3. Staas Andriesz.

(vgl. zijn functie en patronym).

ovl. 22 sep. 1411, jong, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 51).

functie:

clericus, kanunnik van St. Pancras op de door heer Huge Hendriksz. gestichte prebende; hij werd in diens graf begraven (Ke. 416 f. 51).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl