MOUWERIJN WILLEMSZ. (VAN LEYDEN)

 

Previous PageHome PageNext Page


MOUWERIJN WILLEMSZ. (VAN LEYDEN)

ovl. voor 3 sep. 1451 (C. Hoek, 'Acten betreffende Maasland', OV 24 (1969) 142).

functie:

gasthuismr. 1419-20.

beroep:

drapenier (vgl. bezit raamstede); bierkoper (1419-20, Ga. 334 (28) f. 23v., (30) f. 5v.), leverde 1419 kalk en exploiteerde vermoedelijk een kalkoven (GvH. 1492 f. 49); turfkoper (1420, Ga. 334 (30) f. 2).

landbezit:

* 5½ morgen land te Bodegraven en:

* 11 hond land te Zuidwijk (Wassenaar), 20 dec. 1430 overgedragen aan zijn vicarie (Ke. 322 f. 34).

* 1409-10 ½ raamstede in St. Pietershoeve, met rente voor St. Pieterskerk; 1412-13 en 13-14 samen met Gerrit die Bruun Jacobsz. verm. (Ke. 323 (8) f. 7, (9) f. 7, (10) f. 7v.).

rentebezit:

* 2 nobel 64 groten lijfrente t.l.v. de stad, samen met zijn vrouw, verm. 1412-13 (Secr. 513 f. 20).

* 16 bot landrente, verm. 1408 (RA. 50 f. 78).

* 16 apr. 1416 35 nobel schuldbrief op een huis en erf, 21 dec. 1416 afgeschat (RA. 50 f. 159v.).

* 1 £ pay. op een huis en erf te Marendorp aan de straat en

* 1 £ pay. op een huis en erf aan de Oostgracht, 20 dec. 1430 geschonken aan zijn vicarie (Ke. 322 f. 34 en v.).

stichting:

20 dec. 1430 St. Mauritiusvicarie in St. Pieterskerk; tot bedienaar stelde hij zijn zoon mr. Simon Mouwerijnsz. aan. De collatie zou zijn voor het wetttig nageslacht van zijn vader Willem van Leyden alsmede voor dat van zijn vrouws broer Huge Gerritsz. (Ke. 322 f. 34 en v.).

familie:

tr. Katrijn (Secr. 513 f. 20), zr. van Huge Gerritsz. (Ke. 322 f. 34v.); ovl. na 3 sep. 1451 (C. Hoek, 'Acten betreffende Maasland', OV 24 (1969) 142). Zoon:

1. mr. Simon Mouwerijnsz.,

clericus, kanunnik St. Pancras ca. 1442 tot zijn overlijden in 1475; zie hoger.

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl