vorige Buurt: 13.Vreugdendaal 14. Oost Vreugdenrijk volgende Buurt: 15.West Vreugdenrijk

 

8. Meyenhof 
(Klik voor andere kaart) 9. Oud Groenendaal   10. Kostverloren   11. ´t Nieuwe Rijk van Pallas   12. Noord Vreugdenrijk   13. Vreugdendaal   14. Oost Vreugdenrijk   15. West Vreugdenrijk   16. Samaria   17. Jeruzalem   18. Bloem van Jericho   19. Land van Belofte 
(Klik voor andere kaart) 79. Nieuwe Rijk van Gravenstein   81. Zevenhuizen   210. Blekersbuurt  

Selecteer regiokaart
met buurtnamen.
 

Ga met de muis naar de cirkel
voor de naam van de buurt.
Klik voor detailkaart
en informatie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ligging:

beginnende aen Rapenborch / te weten de zuytzijde van Nonnenstege, nu genomt de Universiteytstrate mit 't huys van Jacop Cornelis den Blinden / de oostzijde van der Achtergraft / eyndende op dees zijde van de Blaeuwesteech mit `t huys van Adriaen Jansz. Coster / in hem begrijpende de Colfmaeckerstege aen beyde zijden tot de Cellebroertgensgraft toe / de houchuysen buyten latende ende de huysen staende aen de noortzijde van Zegerstege / eyndende mit 't huys van Lenaert Oiscien (?) / ende ten laetsten den huyskens van Jan Pietersz. van Reewijc, staende aen de zuytzijde van de Zegersteech.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 2 - 2 vso, 01-08-1602)

opten 30en mey 1608 hebben die van de Gerechte verstaen, dat de nieu gemaecte Boyzestraet behooren zal onder de gebuyrte van Oost Vreuchdenrijk.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 10)

de innewoonders van taerlinge huysen gelegen onder 't bon van Zuydt Rapenburch / belent ten noorden de Nonnesteech / ten oosten Rapenburch (ontreckend de huysen aldaer uytte buyrt van 't Lant van Beloften) / ten zuyden de Col(f)maeckerstege / ende ten westen d'Achtergraft.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 10 vso - 11, tussen 06-11-1608 en 12-02-1609)

beginnende opten houck van Kolffmaeckerssteech langs Rapenburch totte Nonnesteech / de zuytsijde van de Nonnesteech tot aen seeckere gange off slop uytcoemende inde Colfmaekerssteech / de oostsijde van de selve gange off Dwersboisenstraet tot aen Colfmaeckerssteech / de noortsijde van de Colfmaeckerssteech beginnende aen de voors. gange oostwaerts aen loopende tot aen Rapenburch / ende sulxs meede begrijpende de huysen staende tusschen de voors. taerling aen de noort- ende suytsijde van de Boysenstraet ende oostzijde van de Dwersboysenstraet.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 139 - 139 vso, 07-04-1639)

Geschiedenis:

Blijkens de buurtheerbenoeming is Oost Vreugdenrijk waarschijnlijk op 01-08-1602 ontstaan als een afsplitsing van de buurt Vreugdenrijk. Zie ook Bloem van Jericho.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 2 - 2vso)

In 1603 klagen de geburen van Oost Vreugdenrijk en West Vreugdenrijk over de aan de Achtergracht (thans 5e Binnenvestgracht) woonachtige vreemde Vlamingen en Walen. Deze 'allochtonen' vervuilen de gracht met hun wolrestanten, zoe dat bij tijden de straeten ende plaetingen niet bruikbaar zijn, oock mede dat het water in de graft zoe zeer stynckt dat aldaer quaelick te woenen is ende bijsonder in tijde van de heete sieckte, gelijc dagelijcx nu vallen. Tevens constateert men dat het grachtwater niet doorstroomt en uitsluitend in verbinding staat met de Broertjes- en Groenhazengracht, soe dat alle vuylicheyt in de graft is blijvende. Het stadsbestuur wordt verzocht om een watergat te maken naar de vest (Witte Singel). Tevens zouden de vervuilers door de stadsboden op straffe van boete moeten worden gewaarschuwd en pleit men voor de oprichtinge van een paele met een biljet daerup gedruct, waarop het verbod nog eens wordt vermeld. Het Gerecht zegt geen watergat te zullen maken en weigert ook de andere maatregelen. Bij keur is immers bepaald dat de stadswateren niet verontreinigd mogen worden en dat de schout of diens vervanger en de dienaers al toezicht houden op de naleving van dit gebod (zie ook 'Buurthouden', pag. 77).

(SA II inv. nr. 49 fol. 323 vso - 324 vso, 02-10-1603)

Op 30-05-1608 worden de huizen aan de nieuwgebouwde (thans verdwenen) Bois- en Dwarsboisstraat bij Oost Vreugdenrijk gevoegd.

(SA II inv. nr. 1216 fol. 10, zie ook Van Oerle, pag. 318)

Eind 1608 verzoekt buurtheer Jacob Claesz. Bouman dat de buurt als veel te groot sijnde om wel te werden belopen ende geregeert, soude mogen werden gesplitst ende verkleynt. Het Gerecht stemt hiermee in, niet so seer willende dan dat de gebuyrten in goede tucht, orders ende geregeltheyt mit behoorlicke gehoorsaemheyt mogen werden beleyt ende onderhouden. Er volgt een splitsing in drie delen. Het eerste deel behoudt de naam Oost Vreugdenrijk, waaraan de huizen, staande aan de westzijde van het Rapenburg tussen de Kolfmakerssteeg en de Nonnensteeg worden toegevoegd. Voordien maakten deze huizen deel uit van de buurt 't Land van Beloften. Een ander afgesplitst deel wordt met een deel van het reeds bestaande Jeruzalem tot de nieuwe buurt Samaria verenigd, terwijl een aantal huizen in de Zegersteeg en de Blauwesteeg bij Jeruzalem worden gevoegd (zie ook 'Buurthouden', pag. 62).

(SA II inv. nr. 1216 fol. 10 vso - 11)

Op 07-04-1639 wordt Oost Vreugdenrijk op verzoek van de geburen opnieuw gesplitst. Het oostelijk deel behoudt de naam, het westelijk gedeelte wordt Vreugdendaal genoemd (zie ook 'Buurthouden', pag. 62).

(SA II inv. nr. 1216 fol. 139 - 139 vso)

Johannes van der Linden, heer van Oost Vreugdenrijk, verzoekt en verkrijgt ontslag naar dien zijne hoge jaren of ouderdom hem beletten, hetzelve met die behoorlijke exactitude, als voor dezen waar te nemen (en niet meer alsna ruste is verlangende).

(SA II inv. nr. 111 fol. 32 vso, 08-01-1728)

Pieter van Ruytenbeek, heer van Oost Vreugdenrijk, wordt om onbekende reden ontslagen.

(SA II inv. nr. 112 fol. 89, 03-11-1729)

Op 30-05-1771 klagen heer en raden over de geringe omvang van de buurt. Oorzaak is het gebruik van voormalige woningen als pakhuizen en verheling van panden. Van de 23 bewoonbare huizen worden er nog maar 16 daadwerkelijk bewoond en dat daar onder niet meerder gevonden worden dan 12 manspersoonen, waaronder dan nog gereekent worden de gemelde Heer benevens zijne Raden. Derhalve is men niet meer in staat om de voors. gebuurte langer apart te kunnen onderhouden, ofte haare dooden wanneer er iemand komt te overlijden ter Aarde te bestellen, Ja, zelfs door de geringheyd van de gebuurte niet meerder in staat zijn omme het salaris ter somme van f 4.:13: jaarlijks voor de knegt van dezelve gebuurte te kunnen opbrengen. Men grijpt het overlijden van Hendrik Smit, voormalig heer van het aangrenzende Land van Beloften aan om voor aansluiting bij deze buurt te pleiten. Kennelijk weigert het Gerecht hierop in te gaan, want beide buurten leiden tot 1796 een afzonderlijk bestaan.

(SA II inv. nr. 282)

Buurtheren: 

zie voor uitleg de Toelichting

Naam Benoemd Voor-
dracht
Reden
vervang
Meer
Info
Bouman, Jacob Claesz. - 01-08-1602 2 *
Noort, Cornelis Claesz. van - 12-12-1624 1 v  
Tycke, Jan - 07-08-1636 4  
Brandius, Heyndricus - 30-08-1653 1  
Aerschoth, Andries Samuelsz. van - 20-04-1670 3 *
Winckel, Jacob - 15-09-1678 2 ? *
Heukelom, Arnoldus van - 24-06-1682 2  
Rouveroy, Abraham van - 06-06-1698 1 v  
Linden, Johannes van der - 12-05-1712 3 o *
Ruytenbeeck, Pieter van - 15-01-1728 1 o *
Groot, Willem de - 03-03-1730 1 v  
Kruythoff, Willem - 18-06-1735 2 v  
Groot, Willem de - 21-06-1743 1 v  
Mair, Johannes le - 22-08-1766 1  
Marcus, Mr. Pieter - 02-06-1780 1 o  

  

Auteur Publicatie Home
Kees Walle
2006
Buurthouden www.oudleiden.nl