DANIEL COPPENZ. |
DANIEL COPPENZ.
ovl. tussen 17 feb. 1356 en 19 nov. 1358 (W. 428 f. 48 en Ga. 786, vgl. ook Hoek, 'Wassenaar', 103).
woonhuis:
te Marendorp aan de straat, bij Donkersteeg en Mare, voor 9 feb. 1360 door zijn neef Jan van Santen Aarnd Coppenz.z. verkocht aan Michiel van der Heyde; dit perceel omvatte 3 hofsteden. Hierop hield Gerrit Heinenz. Rottier 40 s. rente met houde in leen van de burggraaf (Hoek, 'Wassenaar', 103; Huisarch. Twickel, Reg. AA f. 31; zie Van den Hove). Belender te Marendorp 17 feb. 1356 (W. 428 f. 48).
landbezit:
* de Groete Weyde en het Smalle Weer te Zoeterwoude, met Jan uter Wike bezeten en voor 10 feb. 1345 verkocht (Ga. 784).
* 5 morgen 1 hond land (d.i. ½ van de Niedel) en een uiterdijk daarbij, te Zoeterwoude, voor 10 feb. 1345 gekocht van Jan van Egmond uter Wike (Ga. 784).
* 16 hond land aan de Leidse vaart te Zoeterwoude, samen met Aarnd Coppenz., zijn broer, bezeten; dit land was 19 nov. 1358 in handen van Jan van Santen, zoon van Aarnd, die het verkocht (Ga. 786).
* land te Heemskerk, gepacht van de abdij van Egmond, verm. 1344-45 (Egmond 763 f. 56).
varia:
pachter van de grfl. visserij tussen Leiden en Haarlem 1333, samen met Jan van den Rine (Hamaker, Rek. Holl., I 171).
familie:
broer van Aarnd Coppenz., deze verbeurde voor 22 feb. 1339 Arnd Tsgravenwere te Hazers- en Zoeterwoude (1 morgen land, GvH. 218 f. 23).
Diens zoon Jan van Santen bezat goederen afkomstig van Daniel (zie hoger) en droeg 15 jan. 1359 renten over, 3 s.g.g. op zijn woonhuis te Marendorp, 3 s.g.g. op een huis en erf aan de Oude Rijn, 12 p.g.g. op 2 huizen en erven ald. en 24 s.g.g. op een kamer aan de straat van Marendorp, alsmede 5 s.g.g. op een huis en erf ald.; alles met de houde (Ke. 573).
Auteur | Fred van Kan |
Publicatie | Het Leidse Patriciaat |
Home | www.oudleiden.nl |