Leidse Patriciaat (tot 1420)

DIRK VAN OESTGEEST

 

Previous PageHome PageNext Page


DIRK VAN OESTGEEST

Blijkens zijn zegel behoorde Dirk van Oestgeest tot het adellijke geslacht van die naam (zie Willem van Oestgeest).

functies:

schepen 1398-99, 99-1400, 1410-11.

beroep:

wijnkoper (1409-10, Ke. 323 (8) f. 22); won turf (zie landbezit).

woonhuis:

aan de Breestraat, verm. 17 feb. 1422 (W. 428 f. 132); in het Wolhuisvierendeel ca. 1390, in het Vleeshuisbon 1407-08 (Blok, Hollandsche stad, I 324; Ke. 323 (7) f. 49v.).

landbezit:

* Screvelantshoern te Warmond, 29 dec. 1386 verkocht (Secr. 1723).

* 27 jan. 1395 5 morgen veenland tussen Zegwaard en Zevenhuizen, gekocht van de graaf (GvH. 228 f. 153 en v.).

rentebezit:

19 feb. 1404 een schuldbrief van 114 nobel, afgeschat 15 juni 1410 (RA. 50 f. 93).

borgstelling:

25 mei 1390 Claas Gerritsz. (Secr. 19 f. 83v.).

varia:

zegel: een ankerkruis (Secr. 1529, 26 feb. 1399); was betrokken bij de verzoening inzake de moord op Floris van Rijsoirde, als maag van Willem Hermansz. (26 mrt. 1415, zie Gerrit Alewijnsz. c.s.); pachter van de Hoettiende van Waddinxveen 1397 (GvH. 1475 f. 7v.).

familie:

tr. Margriet (NH. Kerkvoogdij 2032 f. 2) en tr. Erkenraad (Ke. 7 f. 59). Kinderen bij Erkenraad:

1. Dirk

2. Katrine

3. Geertruud

(Ke. 7 f. 59).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

PIETER SIMONSZ. VAN DEN OERDE

 

Previous PageHome PageNext Page


PIETER SIMONSZ. VAN DEN OERDE

ovl. in zijn begijnhof 24 nov. 1392, begr. St. Pieterskerk (Ga. 455 f. 88v.; Ke. 415 f. 41).

functie:

H. Geestmr. 1356-57.

woonhuis:

in het bon Over 't Hof, nabij St. Pieterskerkhof, d.w.z. een voorhuis (met poort) en achterhuis (noordwestzijde), met een boomgaard voor en achter, 20 juni 1389 aan St. Catharinagasthuis vermaakt voor zijn stichting (zie hierna), hij behield voor zichzelf en zijn broer Gerrit het gebruik van de achterwoning en boomgaard (Ga. 455 f. 28). Hij had dit huis 19 okt. 1383 gekocht van heer Aarnd Zwaluwairt, met behoud van 8 s.g.g. met houde t.b.v. heer Alewijn van Rijsoirde (Ga. 455 f. 45v., vgl. ook Ga. 334 (6) f. 23v.).

huisbezit:

* een huis en erf aan St. Pieterskerkstraat, hierop bezat de H. Geest 1380 2 s.g.g. rente, daarop besproken door heer Dirk Gravekijn; het huis was toen van Gerrit uter Delle (W. 1765 f. 9).

* een huis en erf aan de Maarsmanstraat, hierop had de H. Geest 1380 4 s. g.g. (W. 1765 f. 9v.).

landbezit:

* 6 apr. 1370 ¼ van 8 hond en 43¼ gaard land te Doesven, Leiderdorp (Ga. 455 f. 44).

* 23 sept. 1371 8 morgen land te Leiderdorp tussen Rijn en achterdijk (RANBrab., Arch. v.h. Hollandse Huis bij Geertruidenberg 1 eerste deel f. 64).

* 14 juli 1386 4 hond in 5 morgen (Doesven) (Ga. 455 f. 45).

* 22 mei 1388 2 hond land in Doesven, gekocht van Jan Costijnsz. van der Bregghe (Ga. 455 f. 45v.).

Voornoemde percelen land in Doesven (totaal 2½ morgen land) vermaakte hij 20 juni 1389 aan St. Catharinagasthuis t.b.v. zijn stichting, met behoud van vruchtgebruik voor zijn broer Gerrit (Ga. 455 f. 28).

* 2 nov. 1381 5 morgen land te Zoeterwoude bij Rodenburgerlaan, een der belenders was hijzelf (Ga. 455 f. 45); vermoedelijk begrepen in de hierna genoemde:

* 9 morgen land te Zoeterwoude aan Rodenburgerlaan, 20 juni 1389 vermaakt aan St. Catharinagasthuis (overdracht dd. 13 okt. 1389). De overdracht geschiedde met instemming van zijn broer Gerrit. Hij behield het vruchtgebruik. St. Catharinagasthuis diende nu reeds jaarlijks 8 £ pay. uit te reiken aan Jan heren Simon Jan Moenenz.z., mits deze priester werd, dan wel aan een arm priester, voor het lezen van een mis in St. Catharinagasthuis en het doen van memoriediensten (volgens schepenbrief van 12 aug. 1389)(Ga. 455 f. 26, 77, 31v., 32).

* een uiterdijk onder Zoeterwoude, bij testament voor 5 feb. 1374 door hem en zijn vrouw vermaakt aan St. Pancraskerk voor memoriediensten, met behoud van vruchtgebruik (Ke. 415 f. 41 en v.)

rentebezit:

21 p.g.g. met houde op een huis en erf aan de Breestraat-Rijnzijde, gekocht van de burggraaf en 13 jan. 1359 verkocht (Ke. 602).

borgstelling:

11 sep. 1372 Jacob Claas Kivitsz. (Secr. 19 f. 34v.).

stichting:

20 juni 1389 Pieter Simonsz.' begijnhof, t.b.v. arme vrouwen (Ga. 455 f. 28 e.v., Koorn, Begijnhoven, 148-151 en 177-179).

familie:

zoon van Simon van Oerde en Godelt; broer van Gerrit en IJmme (Ke. 7 f. 17). tr. Elisabeth, ovl. 5 feb. 1374, zr. van Agatha (Ke. 415 f. 41 en v.).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

OEM

 

Previous PageHome PageNext Page


OEM

De stamvader van dit geslacht, Jan Oem, was een bastaard van heer Dirk (II) van Wassenaer (vgl. over deze: Obreen, Gesch. Wassenaar, 11-16); dit blijkt uit het zegel van zijn zoon en het feit dat hij voorkomt als oom van Dirk (III) van Wassenaer, burggraaf van Leiden (o.m. 9 feb. 1358 en 16 feb. 1362, Hoek, 'Wassenaar', 495 en 599); ook diens vader Philips van Wassenaer noemde hem 28 feb. 1343 oom (Obreen, Gesch. Wassenaar, 19-20; Huisarch. Twickel, Reg. AA f. 22 en v.). Bovendien komt Jan Jan Oemenz. voor als neef van Philips Aarndsz. van den Damme (12 mrt. 1372, Ke. 798). Dat Jan Oem een aangetrouwde oom zou zijn van Dirk van Wassenaer en broer van Gillis Oem, heer van Barendrecht, is alleen al op grond van zijn zegel onmogelijk (vgl. over deze afstamming ook Beelaerts van Blokland, 'Iets over Wassenaar van Damme', 51-53).

I. JAN OEM

ovl. tussen 16 feb. 1362 en 27 aug. 1369 (Hoek, 'Wassenaar', 599, en zijn zoon als zijn leenvolger, zie hierna).

huisbezit:

24 mrt. 1338 ½ van een huis onder Voorschoten, oostelijk van het wanthuis, gekocht van de graaf (GvH. 218 f. 23v.). Hij droeg dit ½ huis op aan de burggraaf en werd er 16 feb. 1362 mee beleend; het gehele huis was op dat moment in zijn handen (Hoek, 'Wassenaar', 599, Huisarch. Twickel, Reg. AA f. 30).

landbezit:

* 16 feb. 1362 voornoemde woning met huis, 7½ morgen land te Voorschoten, alsmede 11 en 2½ morgen land te Zoeterwoude, in leen gehouden van de burggraaf, zeker voor het huis na opdracht uit eigen (Hoek, 'Wassenaar', 599).

* 5 morgen 10 gaard land te Zoeterwoude aan de Heerweg naar Ter Wadding, verm. 1326-30 (Ke. 493 f. 87v.).

rentebezit:

19 feb. 1358 7 £ g.g. uit de geesttiende van Voorburg; droeg 3 £ hiervan 10 juli 1358 op t.b.v. zijn zoon Jan (Hoek, 'Wassenaar', 495).

familie:

tr. Geertruid, verm. 16 feb. 1362 (ibidem, 599), gezien de naam van hun zoon Simon wellicht uit het geslacht Gael.

kinderen:

1. Philips Jan Oemenz., volgt II.

2. Simon (Gale) Jan Oemenz.

verm. 16 feb. 1362; verkocht 24 feb. 1366 1 £ g.g. op 6 morgen land in Zoeterwoude (Hoek, 'Wassenaar', 599; W. 3 f. 112).

3. Jan

(Hoek, 'Wassenaar', 599); ovl. na of in 1405 (GvH. 1313 f. 4). Was 16 okt. 1372 voogd voor Pieter en Liddeld, kinderen van zijn broer Philips (Ke. 415 f. 25v.).

4. Sophie

tr. Jan Jacobsz. (zie Paeds en Hoek, 'Wassenaar', 87 en 129).

5. Heer Wouter Jan Oemenz.

verm. 5 feb. 1367 (Huisarch. Duivenv. 548).

II. PHILIPS JAN OEMENZ.

ovl. 27 aug. 1369, begr. St. Pancraskerk (Ke. 415 f. 25v.).

functie:

schepen 1347-48, 48-49, 49-50, 54-55, 55-56, 56-57, 57-58, 63-64.

woonhuis:

aan Hogelandskerkgracht, achter belendend aan de Burchgracht, liet hierop 10 s.pay. na aan St. Pancraskerk voor memoriediensten (Ke. 415 f. 25v., 493 f. 17). Heer Volprecht van den Woude bezat op dit huis 5 s. g.g. met houde die hij 25 apr. 1371 aan zijn prebende vermaakte (Ke. 493 f. 17). Dit huis was afkomstig van Liddeld, zr. van mr. Philips van Leyden (Ke. 896, zie Pieter Gobburgenz. c.s.).

landbezit:

* 4 morgen 1½ hond en ¼ van een kamp land te Voorschoten en Zoeterwoude, in leen gehouden van de burggraaf, afkomstig van zijn vader (Hoek, 'Wassenaar', 599).

* 8½ hond, 36 gaard, 9 voet land te Zoeterwoude (vgl. het land van zijn kinderen).

rentebezit:

10 juli 1358 3 £ g.g. uit de geesttiende van Voorburg, in leen gehouden van de burggraaf; later wrsch. ook met de overige 4 £ g.g. beleend (Hoek, 'Wassenaar', 495).

varia:

zegel: 3 wassenaars met schuinbalk van rechtsboven naar linksonder (Ke. 666, 14 jan. 1348).

familie:

tr. Katrine, ovl. voor 16 okt. 1372 (Ke. 415 f. 25v.). Zij was hoogstwrsch. een dr. van Gerrit Jansz. en Gobburg, zr. van mr. Philips van Leyden (zie Pieter Gobburgenz. jr. c.s.).

kinderen:

1. Pieter Philips Jan Oemenz.

huisbezit:

aan Hogelandskerkgracht, afkomstig van zijn ouders, samen met zijn zr. Liddeld bezeten en omstreeks 31 okt. 1376 verkocht: toen beloofden Pieter en zijn zr. vrijwaring met Jan Jan Oemenz. en Pieter Gobburgenz. en alle lasten van dit huis en erf af te nemen m.u.v. 5 en 10 s.pay. rente (Ke. 523). Verm. als belender aan een huis van de broeders van Lopsen buiten de Rijnsburger poorthuis in de nieuwe Leidse vrijheid 10 jan. 1409 (Klo. 148).

landbezit:

* ½ van 8½ hond, 36 gaard 9 voet land te Zoeterwoude, gemene voor met de andere ½ van zijn zr. Liddeld gelegen, verm. 30 juni 1379 (Ke. 908).

* wrsch. ook 4 morgen 1½ hond en ¼ van een kamp land te Voorschoten, Wassenaars leen, afkomstig van zijn vader (Hoek, 'Wassenaar', 599).

rentebezit:

wrsch. 7 £ g.g. uit de geesttiende van Voorburg, Wassenaars leen, afkomstig van zijn vader (Hoek, 'Wassenaar', 599).

varia:

Leids poorter sinds 11 okt. 1376, toegelaten omwille van mr. Philips van Leyden (Secr. 19 f. 43); 1399 verm. als welgeborene te Valkenburg of Katwijk die zijn krijgsdienst afkocht (GvH. 1368 f. 9v.).

familie:

tr. Bartraad (NH. Kerkvoogdij 2032 f. 2v.); zij hadden nageslacht.

2. Liddeld

bezat samen met haar broer een huis (zie hoger). tr. Willem Jacobsz.; hij verkocht 30 juni 1379 mr. Philips van Leyden ½ van 8½ hond 36 gaarden 9 voet land te Zoeterwoude, gemene voor met land van zijn zwager Pieter voornoemd gelegen en verworven bij zijn huwelijk (Ke. 908).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

NUWEVEEN (DIRK RENGER C.S.)

 

Previous PageHome PageNext Page


NUWEVEEN (DIRK RENGER C.S.)

I. DIRK RENGER

(Ke. 418 f. 75).

ovl. voor 6 juli 1369 (Ke. 415 f. 17v.). tr. Margaretha, ovl. 6 juli 1369, liet 1 £ pay. rente na aan St. Pancraskerk voor memoriediensten (Ke. 415 f. 17v. en 418 tussen f. 74v. en 75); hiervoor droeg Claas Renger 40 s.g.g. rente op een huis en erf aan de Hooigracht over (zie ald.). Missch. was Dirk verwant met Claas Rengersz. (geh. met Lizebeth, dr. van heer Jacob van Moordrecht, verm. 29 sep. 1324) en broer van Matthijs Rengersz., baljuw van Zuid-Holland (GvH. 290 f. 39v. en 24v.). (De Man geeft Dirk Nuweveen (IIa) als ouders Dirk Nuweveen tr. Machteld, echter ten onrechte (vgl. Ke. 418 f. 75, 415 f. 17v. en hoger, Dirk Nuweveen Jacobsz.; De Man, 'Judith Heerman van Oegstgeest', 157-158). Kinderen:

1. Dirk Nuweveen, volgt IIa.

2. Claas Renger, volgt IIb.

IIa. DIRK NUWEVEEN

ovl. 17 jan. 1410, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 46).

beroep:

verwer (1393, Secr. 84 f. 245v.); verwerij door zijn weduwe voortgezet, 1413-14; Ga. 334 (19) f. 27).

landbezit:

de Piest, onder Woubrugge, bij Hoogmade, 17 mei 1416 verm. van zijn weduwe en kinderen (Hoek, 'Wassenaar', 627).

borgstelling:

4 dec. 1400 Griet Pieter Devers (Secr. 20 f. 5, of betreft dit Dirk Nuweveen Jacobsz.?).

schenking:

6 £ pay. voor memoriediensten nagelaten (Ke. 416 f. 46).

familie:

tr. Bartraad, dr. van Gerrit Heerman, ovl. 1441 (Ke. 416 f. 46, zie Willem Luutgardenz. c.s.). Op haar huis en erf op het Hogeland verkocht mr. Jacob Simon Frederiksz. 31 aug. 1418 5 s.g.g. rente met houde (Ke. 493 f. 93v.). Zij bezat een schuldbrief van 25 Engelse nobel op een huis en erf te Leiden (13 juli 1409) en daarbij een pandbrief van 13 nobel (rente van 3 £ 18 s. 3 p. p.j. (11 dec. 1410), 14 jan. 1411 afgeschat (RA. 50 f. 107).

kinderen:

1. Alewijn Dirk Nuweveensz.

huisbezit:

1412-13 een huis en erf, met voorhuur voor St. Pieterskerk (Ke. 323 (9) f. 13).

rentebezit:

* 10 s.g.g. met houde, verm. 29 nov. 1411 (RA. [50?] f. 123).

* 5 s. 1 p.g.g. met houde op een huis en erf op de Hogewoerd;

* 6 s.g.g. op een huis en erf aan de Nuwestraat;

* 5 s.g.g. op een huis en erf ald.; laatstgenoemde 3 renten verkocht hij 12 juli 1412 aan Gerrit Willem IJsbrandsz.z. (Ke. 35).

* 20 mrt. 1414 1 £ pay. op een huis en erf aan de Mare in St. Nicolaassteeg, 20 nov. 1416 overgedragen aan Fie Jan Nuweveensdr. (Ke. 61).

borgstelling:

10 aug. 1412 Simon Pietersz. (Secr. 20 f. 44).

2. Willem Bort Dirk Nuweveensz.

(Ke. 418 p. 19)

landbezit:

18 feb. 1399 6 akkers land te Ter Aar, 20 nov. 1410 vermaakt aan St. Pancraskerk voor de memorie van zijn ouders (Ke. 416 f. 47).

borgstelling:

27 dec. 1416 (bij een aankoop) voor Jan van Zijl Claasz. (RA. 50 f. 157).

3. Daniel Dirk Nuweveensz.

woonhuis:

verm. 22 jan. 1400 als belender in IJsbrant van Hoecssteeg (Ke. 549), woonde 28 mrt. 1403 aan het Hogeland (Ga. 455 f. 60).

4. Simon Frederik Dirk Nuweveensz.

ovl. 24 mrt. 1453 (Brand, 'Patronen', genealogie Paedze van Sonnevelt pag. 3); tr. Maria Floris Paedsendr. (ibidem).

5. Margriet

ovl. wrsch. 1412-13 (Ke. 323 (9) f. 12v.); tr. Claas Willemsz. (Ke. 323 (9) f. 12v. en Ga. 440 f. 1).

6. IJde Dirk Nuweveensz.

tr. Pouwels Reinersz. (Ke. 418 tussen f. 74v. en 75, zie ald.).

7. Claar

verm. 1400-01 (toen reeds ovl.? Ke. 323 (3) f. 12).

IIb. CLAAS RENGER

functie:

schepen 1387-88.

woonhuis:

op het Hogeland, achter: de Hooigracht (Secr. 84 f. 271v.).

huisbezit:

een huis en erf aan Hogelandskerkgracht, strekkend tot de Burchgracht), bij testament 2 juni 1403 aan O.L.V.gasthuis vermaakt (Ga. 949).

landbezit:

* 4½ morgen 1 hond 40 gaard land in de Hoge Waard te Koudekerk, 7 sep. 1398 aan O.L.V.gasthuis geschonken onder beding van memoriediensten; opnieuw bij testament van 2 juni 1403 (Ga. 1019 en 949).

* 4 morgen 1 hond 10 gaard land in de Lage Waard te Koudekerk in Jans Brunensweer, gemengde voor gelegen met Jan van Tol, Gerrit Jonge Dirksz. en Bruuntgen Gibenz.; 28 mrt. 1403 aan O.L.V.gasthuis geschonken (Ga. 1020), opnieuw bij testament van 2 juni 1403 (Ga. 949).

* 25 morgen land te Leiderdorp, samen met Gerrit Jacob bezeten, verm. 23 aug. 1406 (Ke. 493 f. 11v.-12).

* 4 morgen te Leiderdorp, verm. 23 aug. 1406 (Ke. 493 f. 11v.-12).

* te Warmond 21 feb. 1413 verm. van zijn woning nabij de Zijl (Klo. 1210; [Van Heussen], Oudheden Rhijnland, 566).

rentebezit:

* 14 nov. 1363 40 s.g.g. op een huis en erf aan het Hogeland, 5 jan. 1373 voor memoriediensten van o.m. Margaretha, weduwe van Dirk Renger, aan St. Pancraskerk overgedragen (Ke. 415 f. 17v.).

* 24 nov. 1388 10 s.pay. op 3 huizen, erven en een boomgaard te Leiden, afgelost 1400 (RA. 50 f. 29v.).

* 15 s.pay. met houde op een huis en erf, verm. 20 dec. 1394 (RA. 50 f. 5).

* 5 jan. 1404 8 Gentse nobel op een huis en erf (RA. 50 f. 52v.)

* 15 s.pay., 15 s.pay., 30 s.pay., 21 s.g.g. en 21 s.g.g. alles met houde, op huizen en erven te Marendorp, na ovl. van zijn dr. 23 mei 1407 door zijn schoonzoon Jan Willem Jansz. Vosz. verkocht (DuO. 1978 f. 40v.).

borgstelling:

* 22 nov. 1365 Geerland Florisz. (Secr. 19 f. 5).

* 31 dec. 1372 Gerrit Winoutsz. (Secr. 19 f. 35v.).

* 27 nov. 1374 Katrine Jan Bartensz.'s weduwe (Secr. 19 f. 40).

stichting:

voor 19 sep. 1395 O.L.V.gasthuis aan de Hooigracht (Ga. 1019, 980 f. 9v.; Overvoorde, Gasthuizen, VII), voor 28 mrt. 1403 overgeplaatst naar Hogelandskerkgracht ((Ga. 980 f. 18; Overvoorde, Gasthuizen, VII). Officiële stichting bij testament van 2 juni 1403, samen met zijn echtgenote (Ga. 949).

varia:

zegel: een kruis met een meermin rechtsboven en een ster linksonder (Ke. 790, 17 sep. 1387). Pachtte van de graaf 1386 en 1387 een tiende afkomstig van Gerrit van Oestgeest (GvH. 1465 f. 5v., 1466 f. 5). Beloofde 26 jan. 1388 vrijwaring t.b.v. Dirk Crullenz. (Secr. 1448).

familie:

tr. Machteld, dr. van Jan van Zijl (Kam, 'Van Zijl', 188); zij maakten 27 jan. 1395 huwelijksvoorwaarden op, bij ovl. van een van beiden behield de langstlevende 1/3 van de goederen, de kinderen ontvingen 2/3, gelijkelijk te verdelen (Secr. 84 f. 57).

kinderen:

1. Jan van Zijl Claasz.

ovl. 7 dec. 1468, begr. St. Pieterskerk (Kam, 'Van Zijl', 188).

functie:

schepen, 1410-11; burgemr. 1415-16, 16-17.

beroep:

drapenier (vgl. bezit van raamsteden).

landbezit:

1409-10 ¼ raamstede, gehuurd van St. Pieterskerk tegen 6 s.pay., 1412-13 na verkoop in andere handen, verkocht 1413-14 (Ke. 323 (8) f. 7v.; 323 (9) f. 7).

huisbezit:

* 1408 een huis en erf, gekocht voor 54½ nobel (RA. 50 f. 80v., of betrof dit Jan van Zijl Willemsz.?).

* 27 dec. 1416 een huis en erf, gekocht voor 80½ nobel, met Willem Bort Dirk Nuweveensz. als borg.

rentebezit:

* 24 juli 1408 8½ Eng. nobel en 2 botdragers op een huis en erf te Leiden (RA. 50 f. 66, of betrof dit Jan van Zijl Willemsz.?).

* 10 nobel 2 bot op een huis en erf, verm. 27 apr. 1410 (RA. 50 f. 96v.).

* 1 aug. 1413 schuldbrief van 8 nobel, afgeschat 1414-15 (RA. 50 f. 142).

* 8 jan. 1414 schuldbrief van 5 kronen 4 bot op een huis en erf te Leiden, alsmede een pandbrief van 21 s. rente, afgeschat 1414-15 (RA. 50 f. 142).

* 24 s. met houde op een huis en erf in O.L.V.steeg, verm. 1415 (RA. 50 f. 149).

2. Dirk Claas Rengersz.

clericus. Had met mr. Jan Willem Gerritsz.z. een geschil betreffende het bezit van de Zijlvicarie te Leiderdorp. Bij arbitraire uitspraak werd 20 juli 1400 bepaald dat beiden de inkomsten van de vicarie zouden delen; bedienaar van de kapelanie zou Dirk zijn (Kam, 'Van Zijl', 216).

3. Aagte

ovl. voor 23 mei 1407; tr. Jan Willem Jansz. Vosz. (DuO. 1978 f. 40v.).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

DIRK NUWEVEEN (JACOBSZ.)

 

Previous PageHome PageNext Page


DIRK NUWEVEEN (JACOBSZ.)

(op die Hoygraft, Ke. 418 f. 122)

ovl. 12 nov. 1404, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 39v.).

functie:

homan op het Hogeland tussen Hooi- en Middelgracht 1392 (Secr. 84 f. 271v.).

woonhuis:

aan de Hooigracht, verm. 14 nov. 1363, 1370, 6 mrt. 1391, 28 okt. 1392 (Ke. 415 f. 17v., 31; Ga. 455 f. 18; Secr. 84 f. 56).

landbezit:

3 morgen land te Alphen, bij het huwelijk van zijn dr. Mercelie met Dirk van Alkemade Dirksz. aan hen gegeven; 30 mrt. 1401 teruggekocht. Schonk dit land 17 nov. 1402 aan de kinderen van zijn zoon Jan (Klo. 623).

schenking:

liet 5 £ pay. na aan St. Pancraskerk voor memoriediensten (Ke. 416 f. 39v.).

familie:

tr. 1e Marcelia, ovl. 17 okt. 1377, begr. St. Pancraskerk, zij liet 5 £ pay. na voor memoriediensten (Ke. 415 f. 52, 418 f. 122). tr. 2e Machteld; zij had op erven in St. Pietersnieuwsteeg en aan het Steenschuur daarbij (23 feb. 1405 en 29 mei 1405 uitgegeven), resp. 12 comans groten, 4 groten, 18 p.pay. en 2 groten rente, alles met houde (Ga. 456 p. 37, 40 en 41). Zij ovl. 1411-12 en liet St. Catharinagasthuis 13 s. 4 p.pay. na (Ga. 334 (16) f. 17).

kinderen:

1. Jan Dirk Nuweveensz.

(Ke. 418 f. 122).

woonhuis:

in het Wanthuisbon, verm. 1407-08 (Ke. 323 (7) f. 48v.).

familie:

tr. wrsch. Lijsbeth Jacobsdr., droeg met haar en met Louweris Claasz. 14 apr. 1388 een rente van 1 £ g.g. over, hen aanbestorven van Jacob Florisz. (W. 428 f. 63v.; in Ke. 418 f. 122 echter verm. van Balich Jan Dirk Nuweveensz.).

kinderen:

a. Marceli

ontving met haar 3 zusters 17 nov. 1402 van haar grootvader 3 morgen land te Alphen (zie hoger).

b. Fie

20 nov. 1416 droeg Alewijn Dirk Nuweveensz. haar 1 £ pay. rente over op een huis en erf aan de Mare in St. Nicolaassteeg (Ke. 61).

c. Machteld en
d. Katrijn (zie hiervoor).

2. Marceli

tr. Dirk van Alkemade Dirksz. (Klo. 623, NH. Kerkvoogdij 2032 f. 34v., zie Van Alkemade en landbezit van haar vader).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

CLAAS NANNENZ.

 

Previous PageHome PageNext Page


CLAAS NANNENZ.

ovl. voor 15 sep. 1341 (Ke. 493 f. 54).

familie:

tr. Ermgard (Ke. 322 f. 17), ovl. na 9 dec. 1359, toen zij aan de Burchsteeg woonde (achter strekkend tot de burcht) bij de Rijn (W. 429 f. 55 en tafel). Zij bezat 7½ morgen land in Vlietinxweer bij Zwieten te Zoeterwoude, verm. 15 sep. 1341 (Ke. 493 f. 54; Hoek, 'Rept. Hontshol', 258, zie hierna bij haar zoon Willem).

kinderen:

1. Heer Willem Claas Nannenz.z.

ovl. 6 nov. 1366, begr. St. Pancraskerk (Ke. 415 f. 1 en v.).

functies:

priester, pastoor van ¼ van de kerk van Dordrecht (verm. sinds 17 dec. 1357, Ke. 493 f. 61v.), kapelaan en zegeldrager van Machteld van Lancaster (Ke. 415 f. 1 en v.); vicaris van de door Gerrit Alewijnsz. gestichte kapelanieën sinds 19 mrt. 1349 (Ke. 415 f. 1).

woonhuis:

op het Hogeland aan de Rijn, gebouwd door zijn moeder; hierop was 34 p.g.g. gevestigd t.b.v. Willem Clarensz. en Jutte Jan Pietersz. c.s.; droeg dit huis 7 apr. 1363 over aan zijn vicarie (Ke. 420 f. 75v.-77). Verm. als belender van een huis en erf aan de Diefsteeg, op de hoek; verm. 25 juni 1365 (W. 428 f. 29).

landbezit:

* 7½ morgen land in Vlietinxweer, bij Zwieten te Zoeterwoude, afkomstig van zijn moeder;

* 4 morgen 1 hond in de Zevenmade te Warmond;

* 4 morgen 4 hond in de IJmmencamp te Zoeterwoude; deze landerijen vermaakte hij 27 apr. 1363 aan zijn vicarie (Ke. 420 f. 75v.-77).

rentebezit:

* 10 s.g.g. op een huis en erf aan de Rijn, afkomstig van zijn moeder en

* 40 s. 3 p.g.g. op een huis en erf te Leiden; beide renten 27 apr. 1363 aan zijn vicarie vermaakt (Ke. 420 f. 76).

stichting:

27 apr. 1363 St. Catharinavicarie op St. Catharina-altaar in St. Pancraskerk; de collatie zou na zijn dood zijn voor Willem Foytken, dan wel diens broer Claas Bort ofwel Baarnd van Leyden, zijn neven (schenkingen hieraan: zie hoger; Ke. 420 f. 75v.-77, 415 f. 2 en v., 3).

schenking:

1 gouden schild aan St. Pancraskerk, die na zijn dood nog eens 50 oude schilden ontving, alsmede zijn boeken over theologie en rechtsgeleerdheid (17 apr. 1367, Ke. 415 f. 1v.).

varia:

17 dec. 1357 scheidsman in een kwestie tussen Heer Adam Hobben en Pieter Jacobsz. (Ke. 493 f. 61v.).

familie:

verwant van Gerrit Alewijnsz., gezien zijn aanstelling tot vicaris van een door deze gestichte vicarie (vgl. Ke. 322 f. 2v.; zie ald.).

2. Jacob

(Ke. 418 f. 96).

3. Elisabeth

tr. Willem Bort (Ke. 420 f. 76v., zie ald.). Is zij de Lijsbeth Willem Borts die als nicht van heer Frank Gerritsz. Rijswijc 24 nov. 1383 tot collatrix van diens St. Jeroensprebende werd aangesteld? (Ke. 493 f. 38, Ke. 990).

4. Aleidis

(Ke. 418 f. 96)

tr. Jan van Leyden (Ke. 420 f. 76v., zie Baarnd Jansz. van Leyden).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

FLORIS MUYL

 

Previous PageHome PageNext Page


FLORIS MUYL

functie:

kerkmr. van O.L.V.kerk 1356-57.

familie:

dochter:

Femeynse, tr. Gijsbrecht Coninxz. Zij ovl. onderweg naar Rome (Ga. 440 f. 15).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

FLORIS MONTFOIRDENZ.

 

Previous PageHome PageNext Page


FLORIS MONTFOIRDENZ.

L. van der Hoeven te Rotterdam bereidt een publikatie voor waarin Floris geplaatst wordt in de genealogie van het geslacht Van Foreest.

ovl. 1422, begr. St. Pieterskerk (DuO. 2033 f. 4).

functie:

kerkmr. van St. Pieter 1417-18.

beroep:

drapenier (vgl. bezit raamstede).

huisbezit:

1418 een huis, erf en achtererf aan de Mare, gekocht voor 42 nobel (hierop had St. Catharinagasthuis 7 comans groten en ½ houde (huis en erf) en Dirk van de Werves kinderen 7 groten met houde (achtererf; RA. 50 f. 186).

landbezit:

* een erf in St. Pietershoeve tussen Molengracht en Nieuwe Vollersgracht, verm. sinds 1398-99; na verkoop 1407-08 in andere handen (Ke. 323 (1) f. 6v. en volgende rek., 323 (7) f. 7).

* 28 jan. 1410 14 hond land te Voorschoten, gekocht van Dirk Gerrit Montfoirdenz.z. (Ga. 456 p. 211).

* 1409-10 ¼ raamstede, met daarop een rente t.b.v. St. Pieterskerk (Ke. 323 (8) f. 7v. en volgende rek.).

* 1417-18 ½ raamstede als boven (Ke. 323 (11) f. 10v.).

* 1417-18 ¼ raamstede, als boven (Ke. 323 (11) f. 11).

* 1417-18 1 raamstede, als boven (Ke. 323 (11) f. 11v.).

* 1417-18 1 raamstede, als boven (Ke. 323 (11) f. 12v.).

* indien dezelfde als Veen Floris Montfoirdenz.: land te Zoeterwoude (GvH. 230 f. 120v.).

rentebezit:

* 1 £ g.g. een huis en erf te Leiden; 13 mei 1397 afgekocht (RA. 50 f. 14v.).

* 17 jan. 1396 schuldbrief van 25½ oude schild; 26 dec. 1398 23½ oude schild afbetaald (RA. 50 f. 20v.-21).

* schuldbrief van 16 nobel (minus 11 groten), 1410 afgeschat (RA. 50 f. 100).

* 27 nov. 1415 schuldbrief van 10 gouden nobel, 29½ bot, afgeschat 27 dec. 1416 (RA. 50 f. 155).

borgstelling:

14 juni 1402 Claas Hugenz., van Valkenburg (Secr. 20 f. 10v.).

schenking:

liet de Duitse Orde 5 nobel na voor memoriediensten (DuO. 2033 f. 14).

familie:

neef van Dirk Gerrit Montfoirdenz.z. (Ga. 456 p. 211).

kinderen:

1. Wiburg en:

2. Philips

zij kochten samen met hun vader 1403-04 een kerkstoel in St. Pieterskerk (Ke. 323 (6) f. 13v.).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl

(DIE) MILDE

 

Previous PageHome PageNext Page


(DIE) MILDE

I. PIETER

Zonen:

1. Hendrik, volgt IIa.

2. Huge Pietersz., volgt IIb.

IIa. HENDRIK (HEINE, HANNE) (DIE) MILDE PIETERSZ

(zie hfdst. 5).

ovl. na jan. 1362 (zie hfdst. 5).

functie:

schepen 1324-25, 31-32, 37-38, 39-40.

woonhuis:

aan de Breestraat, verm. 1 mrt. 1350 (W. 428 f. 18v.).

varia:

zegel: de Leidse sleutels, in het schildhoofd een lelie (Ke. 508, 1 apr. 1338); was 1371 onder de magen van Huge Gibenneve samen met Pieter Milde (zijn broer?) (zie Huge Gibenneve).

familie:

tr. Machteld, ovl. 28 juli 1369, liet 10 s.g.g. rente na aan St. Pancraskapittel (Ke. 415 f. 21). Hun kinderen waren vermoedelijk:

1. Jan Heine Mildenz.

woonhuis:

aan het Steenschuur, verm. 15 mrt. 1355 (Agnietenbegijnhof 57).

2. Matthijs Jan of Han Mildenz.

woonhuis:

aan de Weversteeg, hierop rustte 3 mei 1341 4 s.g.g. rente (W. 428 f. 5). Hij droeg hierop 8 feb. 1343 2 s. rente over aan de H. Geest (W. 428 f. 9v.). Hij vestigde 7 juni 1337 t.b.v. Stasijn Hendriksz. 6 s.g.g. rente op zijn (dit?) huis en erf (Ke. 493 f. 40v.).

huisbezit:

verm. als belender aan de Hooigracht 23 dec. 1349, samen met Jan Grietenz. (W. 429 f. 19 en tafel).

familie:

tr. Geertruud. Zij schonk haar woonhuis en erf aan de Steenschuur 15 okt. 1372 aan de H. Geest en liet al haar goederen daaraan na, t.b.v. memoriediensten (W. 428 f. 30).

3. Dirk Hanne Mildenz.

landbezit:

* 8 morgen land te Nieuwkoop; verkocht 18 feb. 1374 op 4 morgen hiervan heer Claas Jacobsz. van Bleiswijc 40 s. g.g. rente (Ke. 493 f. 29v.).

* land te Nieuwkoop, verm. 1378, in erfhuur gehouden van de grafelijkheid (GvH. 1458 f. 6; vgl. voor relatie Milde - Nieuwkoop ook Hamaker, Rek. Holl., I 171).

4. Gerrit Hanne Mildenz.

verkocht 27 feb. 1375 heer Huge van der Hant 2/3 van het weer land te Nieuwkoop waar hij woonde en huurde het nu van deze (Ke. 415 f. 78).

IIb. HUGE PIETERSZ

(vgl. DuO. 1978 f. 44 en v.).

ovl. voor 9 jan. 1365 (W. 428 f. 77v.).

functies:

schepen 1340-41, 41-42, 42-43, 46-47, 47-48, 48-49, 49-50, 52-53, 56-57, 59-60, 60-61, 61-62; H. Geestmr. 1339-40.

landbezit:

(wrsch. hij) 8 feb. 1353 1 morgen, 1½ morgen, 2 morgen en 6½ hond land te Zoeterwoude en 5½ morgen, 1½ morgen en 2 morgen land te Voorschoten, samen met Jan van Berkenrise gekocht van de graaf (GvH. 244 f. 33).

rentebezit:

8 nov. 1360 4 s.g.g. op een huis en erf aan St. Pancraskerkhof, door zijn kinderen overgedragen aan St. Pieterskerk voor memoriediensten (DuO. 1978 f. 44 en v.).

varia:

zegel: de Leidse sleutels met een zespuntige ster in het schildhoofd (Ke. 645, 25 feb. 1361); een der pachters van de vroonvisserij 1356 (GvH. 1445 II f. 3). De burggraaf was hem een zeker bedrag schuldig; hiervan verklaarde zijn weduwe 5 mei 1366 dat dit was ingelost (Huisarch. Twickel, Reg. AA f. 22v.).

familie:

tr. Hadewi Floris Ansoetendr. (zie ald.); zij bezat sedert 9 jan. 1365 een rente van 20 s.pay. op een huis en erf in de Diefsteeg; 14 okt. 1395 door haar zoon aan de H. Geest overgedragen voor memoriediensten (W. 428 f. 77v.). Kinderen (DuO. 1978 f. 44v., W. 428 f. 77v., vgl. Ansoete c.s., Van den Hove en zie hierna):

1. Andries Hugenz. van der Burch, volgt IIIa.

2. Aagte

tr. Frank Michielsz. van den Hove (Ke. 418 f. 137v., zie ald.).

IIIa. ANDRIES HUGENZ. VAN DER BURCH

ovl. na 4 dec. 1430 (Hoek, 'Wassenaar', 627).

functies:

schepen 1386-87, 87-88; H. Geestmr. 1387; gasthuismr. 25 juli 1394-95.

woonhuis:

in het Wolhuisvierendeel, verm. ca. 1390 (Blok, Hollandsche stad, I 324); aan de Breestraat (achter: de Vollersgracht) verm. 21 feb. 1428 (W. 429 f. 164).

huisbezit:

een huis en erf aan de Vollersgracht, verm. 22 mrt. 1400 en 31 mei 1410 (W. 428 f. 90v. en 108v.).

landbezit:

* land onder Boschuysen in Katriin Ghisenweer onder Zoeterwoude, verm. 20 juni 1407 (Ga. 455 f. 69v.).

* land te Zoeterwoude tussen Vliet en Stompwijkerweg, verm. 28 mrt. 1400 (GvH. 28 f. 380).

rentebezit:

* 4 s.g.g. op een huis en erf aan St. Pancraskerkhof, 25 aug. 1369 aan St. Pieterskerk geschonken door hem en zijn zr. Aagte onder beding van dagelijkse grafgang naar Heine Mildes graf, waar ook Huge Pietersz. begraven lag (DuO. 1978 f. 44 en v.).

* 20 s.pay. op een huis en erf aan de Diefsteeg, afkomstig van zijn moeder, door hem 14 okt. 1395 overgedragen aan de H. Geest voor haar memorie (W. 428 f. 76v.).

* 4 s.g.g. met houde op het huis en erf van Jan Poesz., dat 25 feb. 1403 werd verkocht (RA. 50 f. 40v.).

* 10 s.pay. met houde op een huis en erf te Leiden, verm. 21 sep. 1404 (RA. 50 f. 47).

* 2 s. 3 p.g.g. met houde op een huis en erf ald. en 1½ p.g.g. op het bijbehorende erf, verm. 25 nov. 1409 (RA. 50 f. 87).

* 18 p.g.g. met houde op een huis en erf en 5 £ 4 s. pay. landhuur ald., verm. 25 okt. 1411 (RA. 50 f. 117).

* 2 groten op Machteld Jan Pietersz.'s erf; 1412-13 bevond zich daar (een deel van) het stadhuis (Rek. Lei., I 260).

* 30 s.g.g. met houde op Andries Ansoeten' hofsteden aan St. Joostgracht, geërfd van zijn ouders en 18 okt. 1416 geschonken aan zijn vicarie (Ke. 322 f. 26v.).

* 30 s.g.g. op Andries Ansoeten' hofsteden bij de Nieuwe Rijn, afkomstig van zijn ouders en die van Claas Horst en door dezen reeds vermaakt aan de door Andries gestichte vicarie (Ke. 322 f. 26v.).

* 4 £ 10 s.g.g. met houde op Andries Ansoeten' hofsteden aan St. Joostgracht, gekocht van zijn neef Claas Horst; aan zijn vicarie geschonken 18 okt. 1416 (Ke. 322 f. 26).

Op de renten afkomstig van Andries Ansoetenz. zal de verm. in 1399 betrekking hebben van renten met houde op huizen en erven, gemeen bezeten door Jan heren Simonsz. (op dat moment zijn zoon Claas Horst), mr. Huge Frankenz. en Andries Hugenz. van der Burch (Secr. 84 f. 66).

* 3 £ pay. op een huis en erf aan de Vollersgracht, 18 okt. 1416 aan zijn vicarie geschonken (Ke. 322 f. 26).

* 3 nobel op een huis en erf, afgeschat 21 dec. 1416 (RA. 50 f. 159v.).

* 8 s.g.g. met houde op een huis en erf te Marendorp, verm. 28 mrt. 1417 (RA. 50 f. 200).

* 2 s.g.g. met houde op een huis en erf in de Groenesteeg, verm. 1418 (RA. 50 f. 190).

borgstelling:

* 5 juni 1410 Claas Coman (Secr. 20 f. 37v.).

* 3 juni 1414 Gerrit die Zwart (Secr. 20 f. 48v.).

stichting:

18 okt. 1416 St. Andrieskapelanie, samen met Jan Zoet Jan heren Simonz.z. gesticht ter nagedachtenis aan hun oom Jan Zoet Florisz. Schenkingen hieraan: zie rentebezit; voor het zoengeld vanwege Jan Zoets dood schonk Andries niet alleen hoger genoemde renten maar kocht hij ook t.b.v. de kapelanie 7 hond land, de Kerfmade te Zoeterwoude en 3 morgen land ald. De collatie was voor Andries, vervolgens voor Jan Zoet Jansz. en daarna voor diens broer Claas Horst (Ke. 322 f. 26).

varia:

zegel: 3 meerbladeren (2:1), in het schildhoofd 2 kolommen, in het hartschild 1 klok (Ke. 789, 4 juli 1387; zie ook Van der Burch). Bemiddelde 28 dec. 1399 bij de boedelscheiding tussen de zoons van wijlen Jan heren Simonsz. (Secr. 84 f. 66).

familie:

tr. Machteld (Kam, 'Memorieboek' 197; Ke. 418 f. 121), wrsch. dr. van Jan Hendriksz. (zie Hendrik veren Bartradenz. c.s. en vgl. Andries' landbezit in Katrijn Ghisenweer); ovl. na 21 feb. 1428 (W. 429 f. 164).

kinderen:

1. Jan Andriesz. van der Burch

ovl. 29 okt. 1408 (Ke. 416 f. 44v.).

functie:

clericus, kanunnik van St. Pancraskapittel, wrsch. op de door heer Huge Hendriksz. gestichte prebende, hij werd tenminste in diens graf begraven (Ke. 418 f. 115v.).

?2. Pieter Andriesz.

ovl. 14 jan. 1415, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 52v.).

beroep:

drapenier (vgl. raambezit; is hij identiek met de 1397 verm. drapenier? GvH. 1473 f. 7v.).

landbezit:

* ½ raamstede, gehuurd van St. Pieterskerk, verm. sinds 1398-99; 1407-08 in andere handen (Ke. 323 (1) f. 5v. en volgende rek.; (7) f. 7).

* 1417-18 2 raamsteden, gehuurd van St. Pieterskerk (Ke. 323 (11) f. 11v. en 12).

varia:

een der pachters van de wijnaccijns 26 mrt.-8 apr. 1412, van de visaccijns 9 apr.-20 mei 1412 (Rek. Lei., I 218).

familie:

tr. 1e Bave, ovl. 1417 (Ke. 416 f. 52v. en 418 p. 21), tr. 2e Katrine (Ke. 416 f. 52v.).

3. Staas Andriesz.

(vgl. zijn functie en patronym).

ovl. 22 sep. 1411, jong, begr. St. Pancraskerk (Ke. 416 f. 51).

functie:

clericus, kanunnik van St. Pancras op de door heer Huge Hendriksz. gestichte prebende; hij werd in diens graf begraven (Ke. 416 f. 51).

Previous PageHome PageNext Page

Auteur Fred van Kan
Publicatie Het Leidse Patriciaat
Home www.oudleiden.nl