|
27. Oost Friesland |
|
|
Stadskaart |
Ga met de muis naar de cirkel voor de naam van de buurt. Klik voor detailkaart en informatie. |
|
Ligging:
gelegen in de Nieustege onder 't bon van Zevenhuysen / beginnende aen den houc van 't Steenschuyr mit 't huys van Claesgen (...), wedue van Sem Ysbrantsz. / noortwaerts aen lopende tot aen 't huys van de wedue ende erfgen. van Dirc Jacopsz. van Reygersberch staende opten houc van St. Pieterskerchof / ende weder beginnende aen de westzijde van de voors. Nieustege mit 't huys opten houc van 't voors. kerchof, ancomende Jan Gijsbrechtsz. coerncoper / zuytwaerts aen lopende ende eyndende aen den houc van 't Steenschuyr aen 't huys ancomende Evert Quirijnsz. in den Hage.
(SA II inv. nr. 1216 fol. 1, tussen 21-02-1602 en 15-03-1602)
Op 't versouck gedaen ter vergaderinge van de Gerechte d(eser) st(ad) L(eyden) onder wat gebuyrten verstaen zullen werden te wesen of ressorteren de huyskens gebout aen St. Pieterskerc, es geresolveert dat (....) / 't huysken oostwaerts van de zuytgevel mitte gebuyren van de Heerenstraet / ende 't huysken beneffens de Nieustege onder de gebuyrte van Oost Vrieslandt / mit bevel elc een mitsdesen gedaen zich naer de jegenwoordige verclaringe te gedragen
(SA II inv. nr. 1216 fol. 7, 06-05-1604)
Geschiedenis:
Volgens Jan van Hout bestond de buurt reeds ten tijde van Jacob Deyman (stadssecretaris 1531 - 1553). De ligging wordt dan omschreven als: Oostvrieslandt no. xxvij / Begint aen de Nieubrugge / beyde de zijden van de Nieustege / d'een zijde tot aen 't kerchof / d'ander zijde tot aen Commanderijsgraft toe / plach te hebben huysen of cameren 28
(SA II inv. nr. 1220 fol. 11)
De gemeene gebuyren aende westzijde van de Nieuwesteech ende zulx streckende tot achter aende Commanduyrsgraft verzoeken dat de kosten van het uitdiepen van de gracht op eenparigen voet zal plaatsvinden, d.w.z. dat de aangehuisden ieder in gelijke mate betalen. Het Gerecht besluit na rapport van de schepenmeesteren dat de omslag uit zal gaan van de waarde van de huizen, maar dat ook rekening zal worden gehouden met het gerief van degenen die het meest gebaat zijn bij de opslach als vande waterlosinge. Daarin zal ook de Pieterskerk worden betrokken. Vermoedelijk gaat om een verzoek van de belanghebbende bewoners en niet van het buurtbestuur, omdat de buurt zich uitstrekt over beide zijden van de Nieuwsteeg.
(SA II inv. nr. 45 fol. 83 vso - 84, 19-08-1588)
Op 28-05-1592 keurt het Gerecht een buurtkaart, bestaande uit 12 artikelen goed, uutgeseyt dat in 't vje articule verandert es in plaetse van vi stuvers, een hamme off xx stuvers daerboven, ende in plaetse van xii stuvers te stellen twe gelijcke hammen.
(SA II inv. nr. 46 fol. 214 vso)
Hoewel alle buurten sinds 1593 onder de van stadswege uitgevaardigde Generale Ordonnantie vielen en daarmee alle afzonderlijke statuten (de buurtkaarten) kwamen te vervallen, kwam het nog wel voor dat sommige buurten er voor hun buurtfeesten, de z.g. buurthoven, een eigen reglement op na hielden. Zo verzoekt de buurt Oost Friesland op een onbekende datum na 1593 goedkeuring van een ordereglement waarvan de tekst luidt:
Behalven welcke voorgaende gemeene keuren en ordonnantien bij die vande Gerechte deser stadt Leyden ten opsichte van alle de gebuyrten gemaect, bij de heer van Oostvrieslandt mit die van zijnen rade goet gevonden ende geordonneert es dat geduyrende die anstaende hof houdinge of hoveeringe van de voors. heer mit alle de gemeen gebuyren ooc zullen werden onderhouden de poincten en articulen hier naer volgende.
Ten eersten dat elc een wie ende van wat aensien die ooc zijn haer kint of kinderen jong of out zullen houden ende blijven buyten thoff, beginnende mitte voordeur ende dit al ende telcken op verbeurte van tien stuyvers over elc hooft twelc bevonden zal werden desen te overtreden.
Elc een thoff geduyrende es gehouden te compareren ende hem in thoff te laeten vinden smiddaechs op twaelff uyren preciselicken ende mit hem te brengen voor elc hooft een serviet om te gebruycken ende zo wie smiddaechs ten twaelf uyren niet te hoff en comt zullen de jegenwoordich zijnde personen tsamen ter maeltijt gaen zonder yemant te wachten. Ende zullen alle te zamen moeten scheyden des avonts voor zeven uyren preciselicken ende opte boete in tstadts ordonnantie van gemeenre gebuyrten begrepen ende niet jegenstaende de zelve het uyr van scheyden voorbescheyt op tien uyren in den avont als ontwijfelicken zulx gestatueert ten opsichte van laete vergaderingen diemen eerst jegens den avont plach te beginnen. [//]
Dat hem elc een eerlijcken gedragen ende zijn vrolicheyt zulx anstellen ende matigen zal dat hij in thoff geen ontucht of onhebbelicheyt en bedrijve, noch daer toe geen oorzaec en geve, op peene zo wie hem bevonden werde merckelicken te ontgaen ter bescheydenheyt van de heer mit die van zijnen rade, waer onder men mitsdesen ooc verstaet en begrijpt het breecken van glasen, onredelicken storten of plengen of andersins yet te doen dan op een gebuyr vergaderinge gewoon es van te staen tot straffe van de heer mit die van zijnen rade.
Het Gerecht stemt in: Behalven welcke voorgaende gemeene keuren en ordonnantien bij die vande Gerechte deser stadt Leyden ten opsichte van alle de gebuyrten gemaect, bij de heer van Oostvrieslandt mit die van zijnen rade goet gevonden ende geordonneert es dat geduyrende die anstaende hof houdinge of hoveeringe van de voors. heer mit alle de gemeen gebuyren ooc zullen werden onderhouden de poincten en articulen hier naer volgende. (zie ook 'Buurthouden', pag. 105).
(ELO, Bibl. nr. 15251, Keuren van Leiden; afschriften uit de 16e, 17e en 18e eeuw. 49 stuks. Eén blad, geschreven door Jan van Hout tussen 1593 en 1609 (na de uitvaardiging van de generale ordonnantie op de gebuurten, vóór het overlijden van Van Hout). Het blad is rechtsboven door Van Hout gemerkt met 265a ; daaronder, waarschijnlijk in een latere hand, met 19)
De tekst is mogelijk geformuleerd door Jan van Hout, en blijkens het handschrift in ieder geval door hem geschreven. Van Hout was overigens woonachtig in de Nieuwsteeg en stond op 15-10-1603 bovenaan de voordracht voor een buurtheerbenoeming. Hij zal vanwege zijn drukke werkzaamheden wel voor de eer hebben bedankt, want het Gerecht benoemt Jan Willemsz. van der Pluym (SA II inv. nr. 1216 fol. 6, 15-10-1603).
Op 06-05-1604 besluit het Gerecht om het huis oostelijk gelegen naast de zuidgevel van de Pieterskerk (nu Kloksteeg 16) bij de buurt van de Heerenstraat te voegen (zie ook Heer- en Salomonstraten en Prily), terwijl 't huysken beneffens de Nieustege onder Oost Friesland wordt gerekend.
(SA II inv. nr. 1216 fol. 7)
In 1646 worden Maria van Sonnevelt, weduwe van Isaack van Swanenburch, haar dochter en andere kinderen zeer ernstig beledigd door Maria van Egmont, weduwe van Jan Bastingius en haar dochter, Maria Bastingius. Zij zouden voor haar woning de weduwe Swanenburch en zelfs haar overleden echtgenoot groffelick hebben geïnjureert en de buurtheer, Dominicus van der Pluym en zijn oudraden, zijn er aan te pas gekomen. Het Gerecht neemt de kwestie hoog op en ontbiedt beide vrouwen. Het resultaat is dat Maria van Egmont en haar dochter alle beledigingen herroepen en verklaren dat zij Maria van Sonnevelt en haar dochter hielden voor eerlicke ende vrome luyden ende mitsdien Godt, de Justitie ende alle de voorn(oemde) geïnjureerden baden om vergiffenisse, ende daerenboven belooft haer voortaen in alle modestie ende betamelicke stillicheyt ende gebuerschap tegens de voorn. geïnjureerden ende alle anderen te gedragen. Zij moeten deze verklaring ook schriftelijk bevestigen en tenslotte worden de twee vrouwen door het Gerecht gemaand zich te wachten van eenige onruste in de gebuerte te veroorsaecken op pene van sware correctie ende straffe (zie ook 'Buurthouden', pag. 81).
(SA II inv. nr. 67 fol. 104 - 105 vso, 08 en 12-09-1646)
Dr. Pieter Jan Wierman, heer van Oost Friesland, verzoekt en verkrijgt ontslag wegens ouderdom en ziekte.
(SA II inv. nr. 127 fol. 256, 06-08-1764)
De buurtbewoners Goddeus, Van Wessem, Van Hulsel en negen andere geburen beklagen zich in 1796 over de afrekening van de buurtkas die vanwege de invoering van het nieuwe Reglement op de Gebuurten voor het laatst is gemaakt. Zij maken problemen over een post uit 1777 (er zou f 20,- teveel zijn opgeteld) en menen dat er in 1787 en 1794 tijdens de verkiezing van een thesorier en onderthesorier ten onrechte f 26-6-0 en f 12-0-0 verteerd zou zijn. De heer van Oost Friesland, Andries van Warendorp, wordt door het Comité van Algemeen Belang ontboden. Uit zijn uitvoerig verweer blijkt dat de inkomsten vanaf 28-10-1764 in totaal f 566-19-4 bedroegen en dat het geld (f 427-8-8) is verdeeld onder 41 geburen. De verteringen waren terecht, want in de 32 jaar dat van Warendorp buurtheer is, zijn de vergaderonkosten nooit in rekening gebracht. De klacht dat een jood bij de verdeling van het batig saldo is meegenomen, wordt verworpen: hier op zullen de onderget. alleen zeggen dat zij geen aanzien des Persoons, maar zich verplicht reekenden alle bewoond werdende Huyzen zonder onderscheid in de Verdeeling te brengen, zooals in meerdere Gebuurten heeft plaats gehad. Het verweer is ondertekend door de voormalige buurtbestuurders van Oost Friesland (en bekende patriotten) A. van Warendorp, Pieter Noordziek, Felix de Klopper en G.W. van Gaasbeek. Het Comité van Algemeen Belang stelt de klagende bewoners in het ongelijk (zie ook 'Buurthouden', pag. 153).
(SA II inv. nr. 635 fol. 2, 6 en bijlagen, 15-11, 09-12 en 30-12-1796 en inv. nr. 635 fol. 8)
Buurtheren:
zie voor uitleg de Toelichting
Naam |
Benoemd |
Voor- dracht |
Reden vervang |
Meer Info |
Oudewater, Jacob Pietersz. van - |
>21-02-1602 |
? |
† |
* |
Pluym, Jan Willemsz. van der - |
15-10-1603 |
2 |
† |
* |
Pluym, Dominicus Jansz. van der - |
05-10-1645 |
1 |
† |
|
Pluym, Karolus van der - |
26-01-1662 |
1 |
† |
* |
Scherpenbrant, Cornelis van - |
27-10-1672 |
3 |
† |
* |
Dam, Willem van - |
19-08-1688 |
1 |
† |
|
Verseyde, Mr. Johan - |
05-02-1706 |
1 |
† |
|
Oosterdijk Schaft, Dr. Hermanus - |
14-05-1716 |
1 |
† |
* |
Wierman, Dr. Pieter Jan - |
23-04-1744 |
2 |
o |
* |
Warendorp, Andries Jansz. van - |
17-08-1764 |
2 |
o |
|