Monumentale kunst

Inventarisatie Wederopbouwkunst

Kagerstraat 7 Kristensen Raam 1
Glas-in-loodramen, Gunhild Kristensen (foto: Peter Lamboo)

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Glas-in-loodramen

Kunstenaar

Gunhild Kristensen (1919-2002)

Status

Niet bedreigd

 

Beschrijving:

De vijf glas-in-loodramen bevinden zich in de noordwand van de aula en stellen vijf paarden voor in een landschap met vogels en vissen. Zij vormen een horizontale strook in het midden van de ramen. De afmetingen van elk raam zijn 0,85 bij 0,90 meter. De paarden begeven zich van links naar rechts in de richting van een bron. Zij bewegen zich vanuit een rustpositie via draf weer naar rust. Het paard uiterst rechts drinkt van de bron. De weidevelden buiten zoals die oorspronkelijk vanuit de aula te zien waren maakten deel uit van het gecreëerde beeld. De betekenis is overduidelijk: de bewegingen van de paarden staan symbool voor jeugdige energie. En zoals het laatste paard zich laaft aan het bronwater laven leerlingen zich aan de bron van kennis. De stijl is realistisch-expressionistisch. De kleuren zijn overwegend grijs-blauw met her en der wat fellere kleuraccenten. De ramen zijn een geschenk van oud-docenten en oud-leerlingen van de school bij de opening van het nieuwe schoolgebouw in 1963. Zij zijn ontworpen door kunstenares Gunhild Kristensen (1919-2002) die zelf oud-leerling was van de school.

Gunhild Kristensen is geboren in Leiden op 6 april 1919 en overleden te Oosterbeek (Renkum) op 21 januari 2002. Zij is opgeleid aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam en was werkzaam als glasschilder, vervaardiger van mozaïek, wandschilder en monumentaal kunstenaar. Voor haar werken koos ze vaak christelijk-religieuze onderwerpen. In 1967 ontving ze de Culturele Prijs van de Gemeente Arnhem. Glas en beton waren vaak de materialen waarin zij werkte maar ook vervaardigde zij tapijten. Zij is ook bekend als Gunhild Volkenborn en Gunhild Volkenborn-Kristensen. De ramen in het Da Vinci College zijn de laatste glas-in-loodramen die Gunhild Kristensen heeft ontworpen. Daarna kreeg ze hiervoor geen opdrachten meer en maakte ze uitsluitend nog wandtapijten, vloerkleden en mozaïeken. Haar glas-loodramen zijn uitgevoerd door Atelier Bogtman in Haarlem.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000. Oorpronkelijk bevond zich in het gebouw een instructiebad. Dat is later voor andere doeleinden in gebruikgenomen.

 


Kagerstraat 7 Kristensen Raam 2
Kagerstraat 7 Kristensen Raam 3
Glas-in-loodramen, Gunhild Kristensen, detail (foto: Peter Lamboo) Glas-in-loodramen, Gunhild Kristensen, detail (foto: Peter Lamboo)

 

Bronnen:

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

 

23 januari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 
Kagerstraat 7 Dijkstra Claustrawand 1
 Claustra-glaswand, Herman Dijkstra (foto: Peter Lamboo)

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Claustra-glaswand

Kunstenaar

Herman Dijkstra (1904-1976)

Status

Niet bedreigd

 

Beschrijving:

De glaswand, aangeduid als klaustra- of claustrawand, is een geometrisch-abstract kunstwerk in de hal van de entree aan de Kagerstraat van het gebouw. Het strekt zich uit over drie verdiepingen en meet ca. 10,50 bij 5.50 meter. Het bestaat uit vier verschillende types nagenoeg vierkante betonnen blokken waarbinnen in rechthoekige vakken helder en gekleurd glas is aangebracht. Het aantal blokken bedraagt 62. Naast helder glas is er glas toegepast in de kleuren geel, oranje, rood en diverse tinten blauw.  

Herman Dijkstra (Groningen 1904 - Leiderdorp 1976) was autodidact en leerde het kunstvak door cursussen aan de Groningse Academie Minerva. Hij werkte bij een reclamebureau waar hij illustraties maakte voor o.a. lakfabriek Sikkens. Zo trok hij de aandacht van Sikkens dat hem in dienst nam bij het kleuradviesbureau van het bedrijf. Bij Sikkens experimenteer hij met kleur en verf. Dijkstra was werkzaam als grafisch ontwerper, glasschilder, illustrator, monumentaal kunstenaar en schilder. Voor de uitgave van Marga Minco’s Het bittere kruid vervaardigde hij dertig schetsen. Voor de Rijksuniversiteit Groningen, de raadzaal van het stadhuis in Middelstum en de gymzaal van de school aan de Damlaan in Leiden maakte hij wandschilderingen. In 1964 en in 1979 organiseerde Stedelijk museum De Lakenhal een tentoonstelling van zijn werk.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000.  Oorpronkelijk bevond zich in het gebouw een instructiebad. Dat is later voor andere doeleinden in gebruikgenomen.

 

Kagerstraat 7 Dijkstra Claustrawand 2

Claustrawand, Herman Dijkstra, detail (foto: Peter Lamboo)

 

Bronnen:

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

“Veelzijdig oeuvre van Herman Dijkstra”, in: Leidsch Dagblad, 14 november 1964, p. 3

23 januari  2019

 

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Kagerstraat 7 Buurman Meisje op vis

Wandreliëf, Kees Buurman (foto: Kees Buurman Stichting)

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming  

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Wandreliëf (1963)

Kunstenaar

Kees Buurman (1933-1997)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving:

Voor het instructiebad van de Louise de Coligny-HBS voor meisjes creëerde Kees Buurman twee wandplastieken: een reliëf van twee vissen en een reliëf ‘Meisje op vis’. Beide waren uitgevoerd in chamotteklei . Met het verdwijnen van het instructiebad verdwenen ook de kunstwerken.

Kees Buurman (Leiden, 1933 – Leiden 1997), schilder, tekenaar, graficus en dichter, is vooral bekend van zijn werk in zwart/wit. Zijn opleiding aan de Algemene Grafische School in Amsterdam zal daartoe hebben bijgedragen. In zijn monumentale werk, dat voornamelijk dateert uit de jaren 1960, past hij soms kleur toe. In 2000 heeft Stedelijk Museum De Lakenhal een overzichtstentoonstelling van Buurman georganiseerd. Het museum bezit ook verschillende werken van Buurman.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000.

Het instructiebad bevond zich in het gebouw onder de gymzaal. De afmetingen waren 7 x 20 meter. De aanleg van dit bad paste in het streven om meer kinderen de zwemkunst bij de brengen. In die tijd bleek 75% van de dienstplichtige militairen niet te kunnen zwemmen. Bij de opening van het instructiebad sprak architect Koch de hoop uit dat hij nog veel instructiebaden bij scholen mocht ontwerpen.

Het instructiebad en het wandreliëf van Buurman bestaan niet meer. De ruimte heeft nu een andere bestemming.

 

Bronnen:

Informatie voorzitter Kees Buurman Stichting, mevr. A. Buurman-Brunsting, 17 mei 2016

“Instructiebad donderdag officieel geopend”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 13 april 1963, p. 3

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

 

23 januari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 


Kagerstraat 7 Buurman Vissen 1

Wandreliëf, Kees Buurman (foto: Kees Buurman Stichting)

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming    

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Wandreliëf (1963)

Kunstenaar

Kees Buurman (1933-1997)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving:

Voor het instructiebad van de Louise de Coligny-HBS voor meisjes creëerde Kees Buurman twee wandplastieken: een reliëf van twee vissen en een reliëf ‘Meisje op vis’. Beide waren uitgevoerd in chamotteklei . Met het verdwijnen van het instructiebad verdwenen ook de kunstwerken.

Kees Buurman (Leiden, 1933 – Leiden 1997), schilder, tekenaar, graficus en dichter, is vooral bekend van zijn werk in zwart/wit. Zijn opleiding aan de Algemene Grafische School in Amsterdam zal daartoe hebben bijgedragen. In zijn monumentale werk, dat voornamelijk dateert uit de jaren 1960, past hij soms kleur toe. In 2000 heeft Stedelijk Museum De Lakenhal een overzichtstentoonstelling van Buurman georganiseerd. Het museum bezit ook verschillende werken van Buurman.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000.

Het instructiebad bevond zich in het gebouw onder de gymzaal. De afmetingen waren 7 x 20 meter. De aanleg van dit bad paste in het streven om meer kinderen de zwemkunst bij de brengen. In die tijd bleek 75% van de dienstplichtige militairen niet te kunnen zwemmen. Bij de opening van het instructiebad sprak architect Koch de hoop uit dat hij nog veel instructiebaden bij scholen mocht ontwerpen.

Het instructiebad en het wandreliëf van Buurman bestaan niet meer. De ruimte heeft nu een andere bestemming.

 

Kagerstraat 7 Buurman Vissen 2
Kagerstraat 7 Buurman Vissen 3
Sporen van verdwenen wandreliëf van Kees Buurman (foto: Kees Buurman Stichting) Sporen van verdwenen wandreliëf van Kees Buurman (foto: Kees Buurman Stichting)

 

Bronnen:

Informatie voorzitter Kees Buurman Stichting, mevr. A. Buurman-Brunsting, 17 mei 2016

“Instructiebad donderdag officieel geopend”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 13 april 1963, p. 3

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

 

23 januari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Kagerstraat 7 Julia Braendle Houtrelief 2
Houtreliëf, Julia Braendle (foto: Peter Lamboo)

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Houtreliëf

Kunstenaar

Julia Braendle (1929-1982)

Status

Niet bedreigd

 

Beschrijving:

Het houtreliëf is een geabstraheerd-figuratief kunstwerk dat associaties oproept met verschillende muziekinstrumenten, met name snaarinstrumenten. Het is 5,5 meter hoog en 1,90 meter breed en opgebouwd uit spaanplaat en MDF-platen. De hoofdkleuren zijn bruin en kobaltblauw. Het reliëf hangt naast het podium in de aula van de school, een plaats die ontworpen is voor onder andere muziekuitvoeringen. De conditie van het kunstwerk is matig.

Julia Braendle (ook: Brändle, Rotterdam 1929 – Bingelrade 1982) was een Zwitserse kunstenares die was opgeleid aan de Academie van Beeldende Kunsten in Rotterdam. Zij was werkzaam als aquarellist,  beeldhouwer, glasschilder, emailleur, keramist en monumentaal kunstenaar. Zij werkte zowel in Nederland als in Zwitserland. In Leiden was zij lid van en docente aan het Schilder- en Tekengenootschap Ars Aemula Naturae. Voor de docentenkamer van de school creëerde Braendle een glasmozaïek dat niet meer aanwezig is. Voor de Tuinbouwschool in Rijnsburg vervaardigde Braendle in 1966 verschillende monumentale kunstwerken.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000. Oorpronkelijk bevond zich in het gebouw een instructiebad. Dat is later voor andere doeleinden in gebruikgenomen.

 


Kagerstraat 7 Julia Braendle Houtrelief 1
Houtreliëf, Julia Braendle (foto: Peter Lamboo)

Bronnen:

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

“Tuinbouwschool in Rijnsburg een feest voor het oog”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 2 november 1966, p. 3

 

1 februari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

[Geen afbeelding beschikbaar]

 

Adres

Kagerstraat 7, 2334 CP Leiden

Bouwjaar

1960-1963

Architect

Th.K.J. Koch, stadsarchitect

Oorspronkelijke bestemming  

Meisjes-HBS Louise de Coligny

Huidige gebruik

Da Vinci College

Kunstobject

Glasmozaïek

Kunstenaar

Julia Braendle (1929-1982)

Status

Verdwenen

 

Beschrijving:

Volgens verslagen van de opening van de school in april 1963 had kunstenares Julia Braendle voor de docentenkamer een glasmozaïek vervaardigd. Dit mozaïek is niet meer aanwezig. Er zijn geen afbeeldingen van het mozaïek gevonden.

Julia Braendle (ook: Brändle, Rotterdam 1929 – Bingelrade 1982) was een Zwitserse kunstenares die was opgeleid aan de Academie van Beeldende Kunsten in Rotterdam. Zij was werkzaam als aquarellist,  beeldhouwer, glasschilder, emailleur, keramist en monumentaal kunstenaar. Zij werkte zowel in Nederland als in Zwitserland. In Leiden was zij lid van en docente aan het Schilder- en Tekengenootschap Ars Aemula Naturae. Voor de aula van de school creëerde Braendle een houtreliëf dat nog wel aanwezig is. Voor de Tuinbouwschool in Rijnsburg vervaardigde Braendle in 1966 verschillende monumentale kunstwerken.

De school werd in de periode 1960-1963 gebouwd als meisjes-HBS door gemeentearchitect Koch. De school was voordien gevestigd aan de Garenmarkt. Met de verhuizing naar het nieuwe gebouw ging de school Louise de Coligny-HBS heten. De vleugel aan de Kagerstraat dateert van 2000. Oorpronkelijk bevond zich in het gebouw een instructiebad. Dat is later voor andere doeleinden in gebruikgenomen.

 

Bronnen:

“Kunstenaars verzorgden decoraties. Louise de Coligny-H.B.S. ging vanmiddag open”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 1 april 1963, p. 3

“Louise de Coligny-h.b.s.: plaats voor 500 meisjes”, in: Leidsch Dagblad, 1 april 1963, p. 5

“Nieuwe gemeente-hbs voor meisjes te Leiden”, in: Leidse Courant, 1 april 1963, p. 4

“Pestbel luidde nieuwe leven in van Louise de Coligny-HBS”, in: Leidse Courant, 2 april 1963, p.45

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, p. 114

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

“Tuinbouwschool in Rijnsburg een feest voor het oog”, in: Nieuwe Leidsche Courant, 2 november 1966, p. 3

 

1 februari 2019

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Stationsweg 41 43 Snoeck 1

Betonreliëf balkon voorgevel, Jan Snoeck (foto: Jos Hooghuis)

 

Adres

Stationsweg 41-43, 2312 AT Leiden

Bouwjaar

1965

Architect

M.P. Schutte en G.H. Bellaard

Oorspronkelijke bestemming  

Kamer van Koophandel

Huidige gebruik

Afgebroken

Kunstobject(en)

Betonreliëf balkon voorgevel

Kunstenaar

Jan Snoeck (1927)

Status

Opgeslagen

 

Beschrijving:

Aan de voorgevel van de ‘Kamer van Koophandel en Fabrieken van Rijnland’ bevond zich een langwerpig gemeleerd grijs betonreliëf. Het was bevestigd aan het balkon op de tweede verdieping. Het bestond uit een zestal rechthoekige natuursteenplaten die tegen elkaar aan waren geschoven. Het toonde verschillende figuurtjes in diepreliëf en was ca. 8.00 meter breed en 1.30 meter hoog. De gevelsteen symboliseerde de activiteiten van de Kamer van Koophandel. De balkonreliëf was het geschenk van de Leidse Vereniging van Industriëlen ter ere van de opening van het gebouw in juni 1965. Het is vervaardigd door de beeldhouwer Jan Snoeck. Het grijze kunstwerk is beeldbepalend geweest op deze plek. Bij gelegenheid van de opening van het gebouw bood het architectenbureau een bronzen plastiek aan van Jan Snoeck.

Jan Snoeck (Rotterdam 1927 – Den Haag 2018) heeft de basis van het vak geleerd van de Vlaamse beeldhouwer Albert Termote. Na zijn opleiding aan de Vrije Academie in Den Haag vervolgde hij zijn opleiding aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Zijn kunstwerken staan verspreid over Nederland tot in Frankrijk en Israël. Hij werkte onder andere in het atelier van Zadkine in Parijs. Zijn oeuvre beslaat ca. 120 opdrachten.

Het gebouw van de Kamer van Koophandel is in 2016 gesloopt en het kunstwerk is door de gemeente uitgenomen en opgeslagen. Het zal worden herplaatst in het gebouw De Lorentz dat zal verrijzen op de hoek van de Stationsweg en het Stationsplein.

Op de plaats van het gebouw van de Kamer van Koophandel stond eerder een vestiging van de Kamer van Koophandel gebouwd in 1951.

 

Stationsweg 41 43 Snoeck 2

 

Stationsweg 41 43 Snoeck 3 Stationsweg 41 43 Snoeck 4

Foto's: Jos Hooghuis

 

Bronnen:

“Gevelkunst behouden”, in: Leidsch Dagblad, 11 maart 2016

“Kamer van Koophandel: doelmatig en weelderig” in: Leidsch Dagblad, 29 juni 1965, p. 13

“Nieuwe Kamer van Koophandel goede aanwinst voor Leidens Stationsplein” in: Leidse Courant, 29 juni 1965, p. 4

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en Stedenbouw 1940-1965. Leidse Historisch Reeks. Leiden 2009, p. 76

RKD https://rkd.nl/nl/explore/artists/record?query=Jan+Snoeck&start=2

 

1 augustus 2018

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Stationsweg 41 43 Geraedts 1

Glas-in-loodramen, Pieter Geraedts, op de oorspronkelijke locatie (foto: Erfgoed Leiden en Omstreken)

 

Adres

Stationsweg 41-43, 2312 AT Leiden

Bouwjaar

1965

Architect

M.P. Schutte en G.H. Bellaard

Oorspronkelijke bestemming  

Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland 

Huidige gebruik

Afgebroken

Kunstobject

Glas-in-loodramen

Kunstenaar

Pieter Geraedts (1911-1978)

Status

Herplaatst in stadhuis

 

Beschrijving

Het betreft hier een tiendelig glas-in-loodraam dat is samengesteld uit vijf lange ramen van elk ca. 0.53 meter breed en ca. 1.27 meter hoog met daarboven vijf vierkante ramen van elk ca. 0.53 meter breed en ca. 0.50 meter hoog. In vier van de vijf ramen zijn figuren afgebeeld die aspecten van de land- en tuinbouw, sierteelt, veeteelt en nijverheid in Rijnland symboliseren. In het middelste raam is onder andere het Leids wapen te zien. Het opschrift Kamer van Koophandel van Fabrieken voor Rijnland is met sierlijke letters geschilderd. De kleuren van het gebrandschildere glas-in-loodraam zijn overwegend geel, lichtgroen en roodoranje tinten.

Pieter Geraedts (Velp 1911 – Leiden 1978) is een Warmondse kunstenaar die is opgeleid door zijn vader Wijnand Geraedts. Hij is vooral bekend geworden door zijn religieuze schilderingen. Voor vele kerken heeft hij kruiswegen vervaardigd, o.a. voor de H. Petruskerk in Leiden (1958). Hij maakte zowel muurschilderingen als schilderijen maar ook glas-in-loodramen en portretten. Voor de Kleuterschool St. Bernadette, Oppenheimstraat 6 in Leiden vervaardigde hij een wandschildering in drie panelen. Na afbraak van deze school is deze wandschildering overgebracht naar de H. Hartschool (Herensingelschool) aan de Lusthoflaan 2 in Leiden. De Herensingelschool is inmiddels opgeheven en het gebouw verkocht.

Geraedts vervaardigde de glas-in-loodramen en een groot schilderij voor het toenmalige, vooroorlogse gebouw van de Kamer van Koophandel en Fabrieken aan de Stationsweg in 1950/51. Voor zijn glas-in-loodramen werkte Geraedts nauw samen met de fa. Jilleba in Leiden. Het grote schilderij is bij de sloop van het gebouw in 1963 zoekgeraakt.

De glas-in-loodramen zijn na de sloop van het vooroorlogse gebouw herplaatst in de nieuwbouw ter plaatse die in 1965 officieel werd geopend. In het nieuwe gebouw werden ze geplaatst in een scheidingswand op de bovenste verdieping. In 2015 zijn de ramen uitgenomen en tijdelijk herplaatst in het gemeentelijke pand Stationsplein 107.

 

Stationsweg 41 43 Geraedts 2

 

Stationsweg 41 43 Geraedts 3

Glas-in-loodramen, Pieter Geraedts, op de tijdelijke locatie Stationsplein 107 (foto: Jos Hooghuis)

 

Stationsweg 41 43 Geraedts 4

Glas-in-loodramen, Pieter Geraedts, herplaatst in de vestibule begane grond van het stadhuis aan de Breestraat (foto: Jos Hooghuis)

 

Bronnen:

“Monumentale kunst herplaatst in het stadhuis”, in: Nieuwsbrief van de Historische Vereniging Oud Leiden (digitaal), oktober 2022

“Nieuwe K.v.K. goede aanwinst voor Leidens Stationsplein”, in: Leidse Courant, 29 juni 1965

Noort, André van, Pieter Geraedts sr. De kunstenaar die zichzelf bleef, Historisch Genootschap Warmelda, z.j. (2015)

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en Stedenbouw 1940-1965. Leidse Historisch Reeks. Leiden 2009, p. 76

Vondst van de Week VVDW#45, ELO-website, 2015

11 oktober 2022

Inventarisatie Wederopbouwkunst

Stationsplein 107 relief

Keramisch reliëf, Kunstenaar onbekend, herplaatst in het stadhuis (foto: Jos Hooghuis)

 

Adres

Stationsplein 107, voorheen 7, 2312 AJ  Leiden

Bouwjaar

1967

Architect

J. Jonkman en P. van Dorp

Oorspronkelijke bestemming

Rijksbelastingdienst

Huidige gebruik

Tijdelijke bewoning

Kunstobject(en)

Keramisch reliëf

Kunstenaar

onbekend

Status

Herplaatst in stadhuis

 

Beschrijving

Het reliëf is ca. 1.40 meter breed en ca. 1.00 meter hoog. Het kunstwerk is in klei geboetseerd en daarna in middelgrote stukken gesneden. Na het droogproces is het in een oven gebakken en beschilderd met glazuurpasta. Vervolgens is het opnieuw gebakken waardoor het een gekleurde ‘huid’ heeft gekregen. De verschillende vormen hebben allemaal hun eigen kleur en bewerking.

Het kantoorgebouw dat in 1966 is gebouwd naar ontwerp van de Leidse architecten J. Jonkman en P. van Dorp bestaat uit twee vleugels die verbonden worden door het trappenhuis. Hoofdaannemer was Wernink’s Beton- en Aannemingsmaatschappij N.V. te Leiden. Op 3 juli 1963 is met de bouw begonnen. Bij de officiële ingebruikname bood ir. J. Jonkman namens de architecten, de hoofdaannemer en de onderaannemers het plastiek voor de kantine aan. De kantine was gelegen op de zesde verdieping. De naam van de kunstenaar kon niet worden achterhaald.

Het gebouw is omstreeks 2009 aangekocht door de gemeente die er gemeentelijke diensten in heeft ondergebracht (CWI en belastingdiensten). Het gebouw zal worden gesloopt in het kader van de herontwikkeling van het Stationsplein. Tot 2022 was het in gebruik als gemeentekantoor. Tot aan de sloop, die gepland is voor zomer 2023, zal het worden gebruikt voor tijdelijke bewoning.

Het keramisch reliëf is in 2022 overgebracht naar een gang op de begane grond in de linkervleugel van het gerenoveerde stadhuis aan de Breestraat.

Stationsplein 107 relief

Keramisch reliëf op de oorspronkelijke plaats, achter het buffet in de kantine van Stationsplein 107 op de zesde verdieping (foto: Jos Hooghuis)

Stationsplein 107 Keramisch relief 2 Stationsplein 107 Keramisch relief 3

Keramisch reliëf herplaatst in het stadhuis (foto’s: Jos Hooghuis)

 

Bronnen

“Belastinggebouw officieel geopend”, in: Leidsch Dagblad, 21 december 1966, p. 2

“Monumentale kunst herplaatst in het stadhuis”, in: Nieuwsbrief van de Historische Vereniging Oud Leiden (digitaal), oktober 2022

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden 2009, p. 75

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

11 oktober 2022

Inventarisatie Wederopbouwkunst

 

Stationsplein 107 Meine Jansen 1

Glas-in-beton (6e verdieping), Jan Meine Jansen (foto: Jos Hooghuis)

 

Adres

Stationsplein 107, voorheen 7, 2312 AJ  Leiden

Bouwjaar

1966

Architect

J. Jonkman en P. van Dorp

Oorspronkelijke bestemming

Rijksbelastingdienst

Huidige gebruik

Sinds 2010: gemeentekantoor

Van 2022 - 2024: huisvesting Oekraïners, statushouders en opleiding van Vluchtelingenwerk Nederland

Kunstobject(en)

Glas-in-betonramen

Kunstenaar

Jan Menno Meine Jansen (1908 –1994)

Status

Sloop per 1 oktober 2024

 

Beschrijving

De glas-in-betonwand is 17.40 meter hoog en 7.40 meter breed en strekt zich uit over vijf verdiepingen. Deze bevat 126 ramen die zijn uitgevoerd in een eigen kleurstelling waarvan de hoofdkleuren de primaire kleuren rood, geel en blauw zijn. Aan het exterieur is het beton zichtbaar en in het interieur zijn de raamstijlen van alle 126 grote ramen afgetimmerd met hout. Het kunstwerk behoort tot de top van de monumentale of gebouwgebonden kunst uit de wederopbouwperiode, niet alleen in Leiden maar in Nederland. De glas-in-betontechniek die de kunstenaar toepaste is een voorbeeld van de nieuwe technieken waarmee de naoorlogse kunstenaars experimenteerden. Hierbij worden dikke glastegels op maat gekapt en in gewapend beton gezet. Inmiddels wordt deze bewerkelijke en kostbare techniek zelden meer toegepast en zijn veel glas-in-beton kunstwerken verdwenen. Het kunstwerk is gericht op de publieke beleving. De naoorlogse kunstenaars streefden ernaar met hun werk bij te dragen aan een nieuwe, vreedzame samenleving door kunst naar de mensen te brengen. Meine Jansen heeft zijn kunstwerk zo ontworpen dat iedereen die het belastingkantoor betrad in de sfeer kon worden gebracht van de kleuren die varieerden per verdieping. De glas-in-betonwand is geplaatst op het zuidwesten waardoor de veranderende zonnestand een wisselend effect creëert van gekleurde lichtbanen die zich door de ruimte verplaatsen. Dit noemt men wel de vierde dimensie. Het kunstwerk is dus niet zuiver decoratief. De schepping van Meine Jansen werd gefinancierd uit de rijkspercentageregeling voor monumentale kunst; de kosten bedroegen 64.990 gulden. Daarmee was het tot dan toe het duurste kunstwerk dat uit de rijkspercentageregeling werd gefinancierd.

Uit onderzoek door drs. Yteke Spoelstra, specialiste op het gebied van de monumentale kunst uit de wederopbouwperiode, blijkt dat Meine Jansen een zeer Leids kunstwerk heeft ontworpen waarbij hij zich niet alleen heeft laten leiden door de beginselen van De Stijl maar specifiek door de ideeën van Theo van Doesburg. Zo zijn bijvoorbeeld niet uitsluitend de primaire kleuren rood, geel en blauw toegepast maar ook de mengkleuren groen, oranje en roze. Zoals bekend heeft Van Doesburg in Leiden het tijdschrift De Stijl opgericht in 1917.

Jan Menno Meine Jansen (Meppel 1908 – Driebergen 1994) werd opgeleid aan de Rijksnormaalschool voor Teekenonderwijs en de Rijksakademie voor Beeldende Kunsten, beide in Amsterdam. Hij beoefende de vrije schilderkunst en vervaardigde tekeningen en gouaches. Zijn eerste glas-in-loodraam ontwierp hij voor de Rabobank in Driebergen (1958). Hierna volgden enkele ramen met religieuze voorstellingen in de kerken van de Nederlandse Protestanten Bond in Bennekom en de Nederlandse Hervormde Kerk in Benschop. In de jaren 1960 werd Meine Jansens stijl meer en meer non-figuratief. Glas-in-betonramen van zijn hand zijn o.a. te vinden in kerken in Driebergen, Amstelveen, Vlaardingen en Wassenaar. In de jaren 1970 vervaardigde hij glasappliquéramen, o.a. voor een openbare basisschool in Emmen. De glasappliquétechniek maakt vrije vormen en nieuwe kleurcombinaties mogelijk. Meine Jansens glas-in-betonramen werden uitgevoerd door Atelier Bogtman in Haarlem.

Meine Jansen heeft meerdere werken gemaakt in Leiden en omgeving. In 1963 heeft hij een wandschildering gemaakt in de inmiddels gesloopte KNO-kliniek van het Leidse Academisch Ziekenhuis. Op de kopse kanten van vijf flats aan de Beethovenlaan in Leiden bevinden zich metalen plastieken in de vorm van muziekinstrumenten van Meine Jansen. Een glas-in-betonraam van Meine Jansen is ook te vinden in het Dorpscentrum van de Protestantse Gemeente Oegstgeest (1967) aan de Lijtweg 9 (ook ontworpen door Jonkman en Van Dorp).

Het kantoorgebouw aan het Stationsplein 107, dat in 1966 is gebouwd naar ontwerp van de Leidse architecten J. Jonkman en P. van Dorp bestaat uit twee vleugels – één van zeven verdiepingen en één van vijf verdiepingen - die verbonden worden door het trappenhuis. In het trappenhuis is over de volle hoogte van het gebouw de glas-in-betongevel aangebracht. Hoofdaannemer was Wernink’s Beton- en Aannemingsmaatschappij N.V. te Leiden.

Het gebouw is omstreeks 2009 aangekocht door de gemeente Leiden die er gemeentelijke diensten in heeft ondergebracht. Een aanvraag door de HVOL om het gebouw een monumentstatus te verlenen is door de gemeente afgewezen. Sinds 2022 verbleven er Oekraïense vluchtelingen en statushouders en had Vluchtelingenwerk Nederland er een leslocatie voor inburgeraars. Het gebouw wordt vanaf oktober 2024 gesloopt in het kader van de herstructurering van het Stationsgebied.

De toekomst van het kunstwerk

In de Gebiedsvisie voor het Stationsgebied (april 2021) had de gemeenteraad bepaald dat het kunstwerk van Jan Meine Jansen zou worden opgenomen in de nieuwbouw en dat het kunstwerk zichtbaar moest zijn voor het publiek. Sinds 2018 heeft de gemeente met de HVOL, Erfgoedvereniging Bond Heemschut, de erven Meine Jansen en Erfgoed Leiden en Omstreken overlegd over behoud en herplaatsing van het kunstwerk. Dit heeft niet tot een oplossing geleid. In het Bestemmingsplan 2023 voor het Morspoortgebied is vastgesteld dat uitplaatsen en herbouwen van het kunstwerk op een nieuwe locatie niet haalbaar is.

Als reactie hierop hebben op initiatief van de HVOL de Leidse architect Fons Verheijen en de Amsterdamse architect Allard Meine Jansen (Allard Architecture), kleinzoon van de kunstenaar, een plan ontwikkeld om het kunstwerk te behouden op de huidige locatie tussen twee geplande nieuwbouwkavels. Dit plan is door de gemeente afgewezen.

In een laatste poging het kunstwerk te behouden heeft Allard Meine Jansen plannen ontwikkeld om het kunstwerk op de nemen in de nieuwbouwkavel ter plaatse, de zogenaamde M2-kavel, die na voltooiing de naam De Tarentaal zal krijgen. Hierin zijn 156 huurappartementen en een sociaal pension voor 50 personen voorzien. Vanwege de beperkte hoogte van de sokkel waarin het kunstwerk volgens dit plan wordt herplaatst zal het onderste gedeelte doorlopen in de parkeergarage onder het gebouw.

De gemeente Leiden is bereid de kosten van ontmanteling van het kunstwerk te dragen. De HVOL neemt de tijdelijke opslag voor zijn rekening. De kosten van mogelijke reconstructie van het kunstwerk komen geheel voor rekening van de HVOL. Met behulp van Erfgoedvereniging Bond Heemschut wordt hiervoor een fondsenwervingsactie gevoerd.

 

Stationsplein 107 Meine Jansen 2 Stationsplein 107 Meine Jansen 3
Figuur 1 exterieur achterzijde gebouw (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 2 interieur begane grond (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 4 Stationsplein 107 Meine Jansen 5
Figuur 3 interieur begane grond (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 4 interieur 1ste verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 6 Stationsplein 107 Meine Jansen 7
Figuur 5 interieur 2de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 6 interieur 3de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 8 Stationsplein 107 Meine Jansen 9
Figuur 7 interieur 5de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 8 interieur 6de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
Stationsplein 107 Meine Jansen 10 Stationsplein 107 Meine Jansen 11
Figuur 9 interieur 5de verdieping (Foto: Jos Hooghuis) Figuur 10 interieur 6de verdieping (Foto: Jos Hooghuis)
STATIONSPLEIN 107 MEINE JANSEN HERPLAATSING 1  STATIONSPLEIN 107 MEINE JANSEN HERPLAATSING 2
Figuur 11 Kunstwerk (rood) geplaatst tussen twee gebouwen. (Allard Architecture). Afgewezen plan.   Figuur 12 Kunstwerk (gekleurd) geplaatst tussen twee gebouwen (Allard Architecture). Afgewezen plan.

 

 glas in beton kunstwerk artistieke impressie allard architecture 240913 1 glas in beton kunstwerk artistieke impressie met kleuren allard architecture 240913 
 Artistieke impressie van het herplaatste kunstwerk in de te realiseren nieuwbouw (AllardArchitecture)  Artistieke impressie van het herplaatste kunstwerk in de te realiseren nieuwbouw (AllardArchitecture)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bronnen

Ban, Hans van den, In opdracht:  zestig jaar percentageregeling beeldende kunst bij rijksgebouwen, Amsterdam: SUN, 2011, pp. 31, 446

“Belastinggebouw officieel geopend” in: Leidsch Dagblad, 21 december 1966, p. 2

Bellaar, C.C.M., “Jan Meine Jansen”, in: Hoogveld, Carine (hfdred.) Glas in lood in Nederland 1817-1968, Den Haag: SDU, z.j., p. 287

“Leids belastinggebouw geheel gecentraliseerd” in: Nieuwe Leidse Courant, 16 december 1966, p. 3

Pollmann, Tessel en Michiel Kruidenier, Wederopbouw in Leiden. Architectuur en stedebouw 1940-1965. Leidse Historische Reeks 21. Leiden, 2009, pp. 45, 75, 201

Spoelstra, Yteke, Monumentale kunst ontdekt in Leiden, Erfgoed Leiden en Omstreken 2017, https://www.leidseregioinkaart.nl/kaarten/images/Monumentale_kunst.pdf

Spoelstra, Yteke en Allard Architecture, Glas-in-beton kunstwerk Jan Meine Jansen Stationsplein 107 Leiden. Onderzoeksrapport in opdracht van de gemeente Leiden, april 2020,

https://www.oudleiden.nl/images/monkunst/Bestanden/Rapportage_Yteke_Spoelstra_en_Allard_Architecture_kunstwerk_Meine_Jansen_15-5-2020_1_MB.pdf

Stroo, Martine, Jan Meine Jansen 1908-1994. Schilderijen, tekeningen en monumentaal werk, Zutphen 2005, pp. 133-135

RKD https://rkd.nl/explore/artists/55016

http://www.helpwandkunstopsporen.nl/12/details/2785/

 

  21 september 2024